United States or Malawi ? Vote for the TOP Country of the Week !


En ziehier nu, hoe hij langzamerhand door de vreemde doortrekking van die valsche leer verleid werd, om zijn houding, die vreemd was aan de werkelijkheid en het gezond verstand, te laten varen en zich te begeven op het erf van het geweten; een Credo of liever een tegen-Credo te bepalen, dit met geweld op te dringen en de persoonlijke vrijheid te vernietigen in naam zelfs van de vrijheid.

Of is het om de boomen te tellen, vervolgde Uilenspiegel, en misschien ook de bladeren er bij? De man, die een credo zei, deed Uilenspiegel teeken dat hij zwijgen moest. Of, sprak deze, altijd vóór hem springend en zijne gebaren nabootsend, zijt gij misschien eensklaps zot geworden, dat gij loopt lijk de kreeften? Maar wie van een zot een verstandig antwoord verwacht, is zelf niet wijs.

Deze hield zich aanvankelijk, alsof hij wel ooren had naar de Leer van het Kruis, en leerde het Pater noster, het Ave Maria en het Credo. Hij gaf zijne huisgenooten niet alleen bevel dit ook te leeren, maar beval tevens, dat men het elken dag driemaal moest opzeggen. De ijverige Monniken waren vol hoop, doch zagen weldra zich deerlijk teleurgesteld.

Gij weet, sprak hij, dat die van Vlaanderen welkom zijn in het zoete land van Luik; ik ben hier heengetrokken door de liefde. En gij? Ik zoek een meester om brood te verdienen, antwoordde Uilenspiegel. 't Is droge kost, zei Lamme. Een rozenkrans van ortolanen met eene lijster, als credo, staat verre daarboven. Zijt gij rijk? vroeg Uilenspiegel hem.

Kwaamt gij recht uit Luilekkerland, waar niet te werken valt, en eten en drinken een ambacht is? Gij zijt verdwenen lijk de droge bladeren van den jongsten herfst. Ik wil een hamelbout met erwtjes. Ik, verkensooren. Ik, een rozenkrans van ortolanen, met sneppen als paters en een vetten kapoen als credo.

Als Jeanne later voor hare rechters verklaart, dat zij zich in de kunst van naaien en spinnen durft meten met elke vrouw in Domrémy, dan is dit een compliment aan hare moeder, die haar deze zaken geleerd heeft. Nog leerde de moeder haren kinderen de voornaamste gebeden, het Ave, het Pater noster en het Credo, en dat was al.

"En met uw eerwaarde's verlof," zei de man, "ik kan niet gelooven, dat het meisje mij kwaad doen wilde, ofschoon zij het ongeluk heeft eene Jodin te zijn; want zelfs toen ik haar middel gebruikte, zeide ik het pater en credo op, en het werkte toch niet minder heilzaam." "Zwijg, slaaf," zei de Grootmeester, "en vertrek!

Hoor het in onze eeuw maar, hoe de mensch al meer het éen en alles wordt. »Ik geloof in den mensch« allengs het credo van ons geslacht begint te worden. Ja, zóo hoog de glans van het menschelijke gaat blinken, dat de luister van het Goddelijke er bij taant. Dit nu is niet een omgehangen gewaad; maar het is een kwaad, dat uit uw eigen hart opklimt. Ge wandelt in de leugen.

Maria Novella en in zijne luxe-zucht: de Adoratie der koningen van St. Maria degli Innocenti. En waar ziet men Lorenzo di Credo inniger, waar Perugino heiliger, waar Botticelli schitterender en magistraler dan te Florence? Waar zag ik in Siena en de Flagellatie niet uitgezonderd zulk een prachtigen Sodoma als hier zijn St. Sebastiaan met die mengeling van menschelijke pijn en martelaar-extaze?

Ik bid u, eerwaarde vader, zoo gij een Christen zijt, uwe deur te openen, en mij ten minste den weg te wijzen." "En ik bid u, lieve mede-Christen," hernam de kluizenaar, "mij niet verder te storen. Gij hebt mij reeds belet één pater, twee ave's en een credo te spreken, welke ik, ellendige zondaar, die ik ben, volgens mijn gelofte moest hebben opgezegd, vóór het opkomen der maan."