United States or French Guiana ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Waarlijk," antwoordde Harbert, "niets duidt de aanwezigheid van menschen aan." "Laten wij naar beneden gaan en zoeken," gaf Pencroff te raad. De zeeman en zijn beide metgezellen keerden naar de kust terug, naar de plaats waar zij de Bonadventure hadden achtergelaten.

Eindelijk tegen twaalf uur, stootte de Bonadventure met haar voorsteven op de zandkust. Het anker werd geworpen, de zeilen werden gestreken en de bemanning van het kleine vaartuig ging aan wal.

"Het is goed, Pencroff, breng uw Bonadventure er heen," antwoordde de ingenieur, "en toch had ik haar liever meer in onze nabijheid om haar in het oog te houden. Wanneer wij tijd hebben moesten wij er een kleine haven voor trachten te maken. "Lieve Hemel!" riep Pencroff uit. "Een haven met een baak, een hoofd en een dok! Met u wordt alles gemakkelijk!"

De kolonisten volgden hen en kwamen bij den oever van de beek door zware boomen beschaduwd. En wat zagen zij daar in het volle maanlicht? Vijf lijken op den grond uitgestrekt! Het waren die der boeven, die vier maanden geleden op het eiland Lincoln ontscheept waren! Ayrton's verhaal. Het plan zijner vroegere makkers. Hun vestiging in de kraal. De hooge rechter van het eiland. De Bonadventure.

De derde oogst. Een windmolen. Het eerste meel en het eerste brood. Opoffering van den ingenieur. Een treffende ontdekking. Den volgenden dag 20 October tegen zeven uur in den morgen liep de Bonadventure, na een reis van vier dagen, den mond van de Mercy binnen.

Pencroff, Gideon Spilett en Harbert stonden inderdaad alleen op het dek van de Bonadventure. De ingenieur en Nab wachtten aan de kust toen het vaartuig landde en nog voordat de passagiers voet aan wal hadden, zeide Cyrus Smith: "Wat zijn wij ongerust over uw lang uitblijven geweest, vrienden! Is u een ongeluk overkomen?" "Neen," antwoordde Gideon Spilett, "alles is integendeel goed afgeloopen.

Nadat men in volle zee had rondgedobberd, richtte men de Bonadventure naar de Ballonhaven. Zij waren nog slechts een halve mijl van de kust verwijderd en moesten laveeren om wind te krijgen. De Bonadventure liep met halve snelheid, omdat de bries gedeeltelijk terug gehouden werd door het hoogland, en de zeilen hingen slap; slechts nu en dan rimpelde de zee zich, maar overigens was zij spiegelglad.

"O," zeide Pencroff, hij had dus onze Bonadventure genomen, hij had zich dus alleen gewaagd naar het eiland Tabor!...." "Om er ons bericht neer te leggen!" antwoordde Harbert. "Ik had dus wel gelijk," riep de matroos uit, "toen ik zeide, dat, zelfs na zijn dood, de kapitein ons nog een laatste weldaad zou bewijzen!"

Terwijl zij zoo spraken, hadden Pencroff, Harbert en Gideon Spilett zich ingescheept en liepen zij over het dek van de Bonadventure. Plotseling riep de matroos uit, terwijl hij aandachtig de kabel beschouwde, welke op de beting lag. "O, zie eens! Dat is toch sterk!" "Wat is er Pencroff?" "Wel, ik heb dien knoop niet gelegd."

De passagiers, uitgezonderd Pencroff, sliepen dien nacht, misschien minder goed aan boord van de Bonadventure dan in hun slaapkamers in het Rotshuis, maar toch genoten zij eenigen tijd rust. Zij bereikten tegen den middag de zuidkust van het eiland. Cyrus Smith en zijn vrienden stonden verbaasd over de geheel verschillende natuur, welke deze kust hun te aanschouwen gaf.