United States or Guyana ? Vote for the TOP Country of the Week !


MAERLANT toont besef te hebben van dien omkeer en van nu af zien wij hem in de nieuwe richting voortgaan. Meer dan eens stelt hij "der poëten fabelen", de "boerden ende favele" tegenover de waarheid, tegenover het evangelie. Die ewangelie es ons te zwaer, Omdat soe recht seit ende waer. Of MAERLANT niet aan zich zelven gedacht heeft bij zijn verhaal van dien "coninc van versen"

Vgl. Goede Boerden, p. 11, vs. 4; KAUSLER, Denkmäler, III, 101; voorts: ald. III, 111, vs. 4-5; III, 186; Vad. Mus., I, 50, vs. 6-8; Belg. Mus., I, 326, vs. 12-17; 328, vs. 64-5; 336, vs. 354-5. Goede Boerden, bl. 1, 4, 19; Belg. Mus., III, 108-114; KAUSLER, Denkmäler, III, 165. In de boerde van Heile van Berseele behalve Antwerpen ook Gent en Brussel genoemd.

De sproken zijn, op het Baghijnken van Parijs na, gedicht in doorloopende verzen, paarsgewijze rijmend of met overslaande rijmen; de boerden, luchtiger van karakter en stemming, hebben in een paar gevallen den luchtiger gang van het verhalend in coupletten afgedeeld lied. Verscheidene dezer ernstige of komische verhalen zijn in allen eenvoud goed verteld,

Tot dusver hebben wij, boerden en sproken karakterizeerend in hun onderling verschil, gelet vooral op inhoud en geest dezer beide genres. Wij kunnen er nu bijvoegen dat dit verschil zich slechts ten deele in den uiterlijken vorm openbaart.

In den aanvang der boerde van de twee "clercken" en heer GOBERT wordt ons gezegd, dat men uit sommige gedichten "vroedschap en dwaasheid" te weten komt . Ook in andere boerden vinden wij dergelijke uitdrukkingen.

Waar geen eigenlijke zedeles of wat daarop gelijkt, in het verhaal voorkomt, voelen de boerdendichters zich toch verplicht iets in dien geest te geven door een zegenwensch als: "God gheve ons ter zielen bate" of: "God bringhe ons ten eweghen paradise" . Het is waar dat de vrouwen en meisjes, vooral de getrouwde vrouwen, in deze boerden voorgesteld worden als in hooge mate weelderig en onkuisch.

Hier en daar vinden wij in deze boerden en sproken aanwijzingen omtrent den weg, waarlangs het verhaal den verteller had bereikt; uitdrukkingen als b.v.: "Ic quam eens daer men mi sede" of: "Ic vant ghescreven ende las"; doch zulke aanwijzingen zijn schaarsch en niet alle duidelijk . Duidelijk is daarentegen het streven van sommige dichters de verhalen te localiseeren; de stukken heeten te spelen, zijn misschien soms ook werkelijk zóó of ten naastebij zóó gebeurd, "in 't lant van Loon," "te Hasselt in die goede stede," "te Dordrecht in de poort," "Tantwerpen in die coperstrate" . Zooals men kon verwachten, worden wij hier vaker naar het Zuiden dan naar het Noorden dezer landen verplaatst.

Waarvan vertellen ons de boerden? In welke wereld verplaatsen zij ons?

De emendatie blijft dus twijfelachtig voor mij. Wat beteekent bert hier? In de beteekenis schotel schijnt het niet voor te komen. Zoo ja, dan zouden wij daarin een duidelijker toespeling op de herauten hebben. Belg. Mus., VII, 318. Oorlogen van Hertog Albrecht van Beieren met de Friezen, bl. 63; Cam. Holland onder het Heneg. huis, III, 385; Goede Boerden, p. 37 vlgg.

Die moeilijkheid ontslaat ons echter niet van de taak om te pogen, ook deze stof te beheerschen door haar te verdeelen. Wij zijn gewoon verhalende gedichten van komischen aard boerden en van ernstigen aard sproken te noemen; doch wij mogen niet voorbijzien, dat het hedendaagsch en het vroeger spraakgebruik elkander hier niet volkomen dekken.