United States or Algeria ? Vote for the TOP Country of the Week !


Over de Friesche kerken en kloosters kan men uitvoeriger berigten vinden in: SCHOTANUS, Beschrijvinge end Chron. 298; Oudheden en Gestichten, I 24 en verv.; FOEKE SJOERDS, Beschrijving, I 64, 635; Tegenwoordige Staat, I 32, 251, 434; VAN HALMAEL, in het Friesch Jierboeckjen foar 1834, XV, en de Lijst der Kloosters achter het Stamboek van den Frieschen Adel; VAN LEEUWEN, Aantt. op it aade Friesche terp, 395, 405, 440.

Oorspronkelijk was de duur van het censorsambt vijf jaar; doch reeds in 434 werd het door de lex Aemilia van den dictator Mam. Aemilius Mamercinus tot 1 1/2 jaar beperkt, zoodat de staat dan 3 1/2 jaar zonder censoren was. Waarschijnlijker is het echter dat deze wet den oorspronkelijk éénjarigen ambtstijd, wegens de vele werkzaamheden aan den census verbonden, tot anderhalf jaar verlengde.

Na het aanmaken laat men ze nog een uur staan, voordat men ze opdient. Spinaziesla. Men neemt zeer jonge, malsche spinazieblaadjes, die men goed uitzoekt, herhaaldelijk wascht en waarmee men verder handelt als in R. 434 voor kropsla is aangegeven. Veldsla. De punten en stelen snijdt men af, wascht ze goed en handele verder als bij R. 434 voor kropsla is voorgeschreven. Witlofsla.

Vgl. b.v. no. 15, 39, 44, 48, 51, 86, 114, 117 van den Rinclus met de overeenkomstige coupletten van het oorspronkelijke. De varianten van 29 door VAN HAMEL medegedeelde hss. zijn hier zonder beteekenis. Vgl. Reeds JONCKBLOET had deze overeenkomst opgemerkt. Vgl. zijne Gesch. der Ned. Lett., I, 434. Meer punten van overeenkomst zijn aangewezen in FRANCK en VERDAM'S uitgave van MAERLANT'S Stroph.

Zijn dramatisch element ontleent het geestelijk lied meestal aan het feit, dat het stoelt op de dramatische vertooningen in de kerken, met name tusschen Kerstmis en Driekoningen; zie hierover vooral de beschouwingen van Knuttel in zijn uitnemend werk over het Geestelijk Lied enz., bl. 88 vlg.; Kronenburg, Maria's heerlijkheid V, bl. 434 vlg.

Als de kastanjes koud zijn, worden ze met de appelen en tomaten vermengd onder toevoeging van de citroensaus, bereid volgens R. 146. Men laat den schotel nog een uur staan vóór het opdienen. Zwitsersche Sla. Daarna moet men de kropsla, behandeld volgens R. 434, er goed doorroeren.

Men maakt kropsla schoon, wascht en slaat ze uit zooals in R. 434 is voorgeschreven en vermengt ze dan met de tomaten. Men zet elke tomaat op een afzonderlijk slablad en vult den schotel ter versiering aan met de gele binnenblaadjes der kropsla. Tulpsla. Men neemt kleine gladde tomaten.

Kol. Arch. no. 434. Vgl. J.E. Heeres, Tasman's Journal of his discovery of Van Diemens Land etc., 1898, bl. 116, noot 2: "Quel is another name for a galiot"; en bl. 1, noot 3: ""Quelpaert" an old name for a galiot". Deze resoluties zijn overgenomen in het hiervoren aangehaalde opstel van Dr. Voor de op dit schip betrekking hebbende bijzonderheden zie Bijlage IIIC. Vgl.

Als men de molsla schoongemaakt en gewasschen heeft, wordt ze verder behandeld als de kropsla. Zie R. 434. Roode-koolsla. Men verwijdert de buitenste en stugge bladeren van de roode kool. De malsche bladeren worden zeer fijn gesneden, met een paar fijngemaakte heete aardappelen vermengd en met olie en citroensap aangemaakt: zie de noot op bladz. 136.