Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juni 2025
De Zeelanders hadden vele van hunne grootste knapen geroofd, die moesten op hunne banken roeijen, en van hunne grootste dochters, om bij deze kinderen te verwekken. De groote Jutten vermochten het niet te weren, doordien zij geene goede wapenen hadden.
Want de Zeelanders hadden vele verderfelijke zeden en gewoonten overgenomen van de booze Magyaren, Fryas volk ten spot. Vervolgens ging elk voor zich zelven rooven, maar als het te pas kwam, dan stonden zij malkander getrouwelijk bij. Doch ten laatste begonnen de Zeelanders gebrek te krijgen aan goede schepen.
Oudenaarde en meer andere gemeenten maakten zich insgelijks vrij, in dier voege dat er geen vijanden meer overbleven dan in de sterke steden, waar de gevluchte Fransen te saam gelopen waren . Willem van Gulik, de Priester, kwam met een goede bende boogschutters uit Duitsland in Brugge; zodra Mijnheer Jan van Renesse zich met vierhonderd Zeelanders bij hem vervoegd had, vertrokken zij beiden, met hun volk en een goed getal vrijwilligers, naar Kassel, om de Franse bezetting te bespringen en te verjagen.
In de namiddag kwam het overige volk van het Oost- en Westvrije uit de omliggende dorpen van Brugge, ten getale van tweehonderd wel uitgeruste krijgslieden. De derde dag voor de noen kwam Mijnheer Willem van Gulik, de Priester, met Jan van Renesse terug van Kassel. Vijfhonderd ruiters, vierhonderd Zeelanders en nog een bende Bruggelingen traden met hen in het leger .
Aan de zuidwestelijke hoek van Schoonland, aldaar ligt Lindasburgt, toegenaamd Lindasneus, door onzen Apol gesticht, gelijk in dit boek geschreven staat. Alle kustbewoners en ommelanders waren daar echt Friesch gebleven, maar door de lust tot wraak tegen de Golen en tegen de Kaltana volgers, gingen zij met de Zeelanders zamen doen; maar dat zamen doen heeft geen stek gehouden.
Ja, hij wilde meer doen; hij wilde al onze zeekampers uitnoodigen, dat zij mede zouden vechten en rooven. Toen de Zeelanders vertrokken waren, liet hij veertig oude schepen beladen met burgtwapenen, hout, hardgebakken steenen, timmerlieden, metselaren, en smeden om daarmede burgten te bouwen. Witto, dat is witte, zijn zoon, zond hij mede om toe te zien.
Aan de Zeelanders beloofde hij, zij zouden jaarlijks vijftig schepen hebben naar vaste afmetingen en voor vaste gelden, toegerust met ijzeren ketenen en kraanbogen en met volle tuig, gelijk het voor krijgsschepen noodig en nuttig is; maar de Jutten zouden zij dan met vrede laten, en al het volk, dat tot Fryaskinderen behoorde.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek