Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 mei 2025


De flora, waar de cycadeën en de naaldboomen de overhand hebben, en waar de bedektzadige tweezaadlobbige planten nog onbekend zijn, is de flora der Juraperiode.

De woonplaats van den mensen wordt reeds gereedgemaakt. Men ziet, hoe de plantenwereld zich evenals de dierenwereld regelmatig ontwikkeld heeft, en dat juist tijdens de krijtperiode de tweezaadlobbige planten zijn overgegaan in de hoogst ontwikkelde organismen van het plantenrijk.

De tweezaadlobbige planten komen in grooten getale voor in het cenomanische Duitschland, in Moravië, Saksen, Boheme, Silezië tusschen 49° en 50° N.B. Te midden dier streek, die toen in de nabijheid van de golven eener noordelijke zee gelegen was, vertoonen de loofboomen een merkwaardig mengsel van uitgestorven, van uitheemsch en tropisch geworden, en van Europeesch gebleven soorten of ten minste van soorten, die nog in het noorden buiten Europa voorkomen.

Overal kregen toen de tweezaadlobbige planten of loofboomen de overhand; overal hebben de cycadeën en naaldboomen, die tot nu toe de onbetwiste heerschappij hadden over het plantenrijk, de neiging af te nemen en te wijken.

De meeste tweezaadlobbige planten zijn van dien tijd afkomstig, en hadden van toen af aan het karakter, dat haar nog steeds onderscheidt. De tweede helft der krijtperiode kan beschouwd worden als het uitgangspunt van den plantengroei, die ons klimaat eigen is, evenals de steenkoolperiode het uitgangspunt der geheele plantenwereld is.

Niettegenstaande de warmte, die zeker getemperd werd door de vochtigheid en die waarschijnlijk tamelijk gelijkmatig was, konden zij in de beste harmonie te zamen leven. De grootte der planten uit die periode wijst op eenen tijd, die zeer geschikt was voor de ontwikkeling der plantenwereld, en daardoor hebben zich de verschillende typen der tweezaadlobbige planten zoo snel kunnen ontwikkelen.

Waarschijnlijk behoort de bruinkool met fossiele planten, in Groenland op 70° N.-B., en in Noord-Canada, IJsland en Spitzbergen ontdekt, tot de eocene formatie. Die lagen bevatten 9 soorten van groote varens, 31 soorten van naaldboomen, 11 soorten van éénzaadlobbigen en 93 tweezaadlobbige planten, waaronder noteboomen, platanen, beuken, eiken, ahornen, populieren enz.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek