Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Over haar buitengewone vaardigheid in 't springen zijn eenige bepaalde waarnemingen gedaan: de door Von Wolten gemeten sprongwijdte van een Gems bedroeg 7 M. De genoemde onderzoeker zag een tamme Gems boven op een 4 M. hoogen muur en aan den anderen kant er weer afspringen; zij kwam juist op den rug van een boerenmeid terecht, die daar aan 't grasmaaien was.
Daarbij leggen zij de voorpooten tegen de kin aan, of kruisen ze, gelijk een hardloopend mensch over de borst; dan is het, alsof zij maar twee pooten hebben. De grootste soorten kunnen kolossale sprongen doen; want bij al deze dieren bedraagt de sprongwijdte het twintigvoud van hun lichaamslengte.
Daar hij, evenals de andere leden van zijn familie, een nachtdier is, begint zijn bedrijvigheid eerst, als de avondschemering invalt. Hij komt langzaam uit zijn woning te voorschijn, en beweegt zich op alle vier ledematen terwijl hij zijn voedsel zoekt, dat uit wortels, bladeren en zaden bestaat; zijn beweging verdient dan eer den naam van kruipen dan van loopen. Bijna iedere minuut gaat hij op de achterpooten staan luisteren, want hij is voortdurend hoogst onrustig. Wanneer hij niet eet, poetst hij zich, en wanneer hij zich niet poetst, toont hij zich bekommerd over zijn veiligheid. Somtijds laat hij een soort van geknor of geblaat hooren, waarschijnlijk om zijne metgezellen bijeen te roepen. Het voedsel brengt hij, evenals de Springmuizen, met de korte voorpooten naar den mond. Zoo langzaam hij voortschrijdt, wanneer hij op alle vier gaat, zoo snel is zijn uit schielijk opeenvolgende sprongen bestaande loopbeweging. Door het strekken van de lange achterpooten verheft hij zich boven den bodem en komt weer op de achterpooten terecht, zonder met de voorpooten, die tegen de borst aangedrukt blijven, den grond aan te raken. Gewoonlijk bedraagt de sprongwijdte 2
Uit metingen aan de sporen van Tijgers, die vluchtend wild vervolgd hadden, is nooit een grootere sprongwijdte dan van 5 M. gebleken. Boomen beklimt hij niet of alleen bij groote uitzondering, n.l. als de stam hellend of knoestig is; gladde, rechte, verticale stammen kan hij niet beklimmen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek