United States or Estonia ? Vote for the TOP Country of the Week !
Strikt genomen formen de friesche patronymikale geslachtsnamen die op sma of sema, sna of sena eindigen, en die ik hier thans nader bespreken wil, geen afzonderlike groep van geslachtsnamen. Eigenlik maken zy slechts eene onder-afdeeling uit van de ma- en na-namen.
Maar de Friesen hebben buitendien nog vele geslachtsnamen, die eveneens patronymika zijn, in tweede-naamvalsformen van de oud-friesche taal. Deze gaan op eene enkele a, op ma en na, op sma, sema, sna, sena uit. Even als de oude vadersnamen zijn ook de nieue patronymika afgeleid van de namen van vaders, en door de zonen dier mannen als toenamen, ter onderscheiding, gedragen.
Deze sna- en sena-namen komen slechts in Oost-Friesland voor; niet in de friesche gewesten die tegenwoordig deel uitmaken van de Nederlanden. Wy hebben er ons in dit werk dus niet verder mede op te houden. Het is voldoende er op gewezen te hebben, ter wille der volledigheid.
Want oorspronkelik behoort de s van sma en sna niet tot dit achtervoechsel, maar by den stam van den geslachtsnaam, by den mansvóórnaam die aan den geslachtsnaam ten grondslag ligt. Halbertsma wil dus eenvoudig zeggen: de ma of man, dat is: de zoon of de volgeling van Halbert, van den stamvader die Halbert heet; dus Halberts man. En Geertsema is Geertes man, de zoon van Geert.
Woord Van De Dag