Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 mei 2025
Jon, Jôn, Jhon ånd Jân is al ên mith jêven, thach thet lêit anda utsprêk thêra stjurar, thêr thrvch wenhêd ellas bikirta vmbit fâra ånd hard hropa to mvgane. Jon thåt is jêva was sêkêning, bern to-t-Aldergâ, to-t Flymar ut fâren mith 100 ånd 27 skêpum, tohrêth fâr en grôte butarêis, rik to lêden mith bårnstên, tin, kâper, yser, lêken, linnent, filt, fâmna filt fon otter, bêver ånd kanina hêr.
Jon, Jôn, Jhon en Jan is gelijk met gegeven, doch dat ligt aan de uitspraak der zeelieden, die uit gewoonte alles bekorten, om het verre te mogen spreken en luide te roepen. Jon, dat is gegeven, was zeekoning, geboren te Alderga, het Flymeer uitgevaren met 127 schepen uitgerust voor eene groote reis en rijk geladen met barnsteen, tin, koper, ijzer, laken, linnen, vilt, vrouwenvilt van otters, bevers en konijnenhaar. Nu zoude hij van hier nog schrijfvilt medenemen; doch toen Jon hier kwam en zag, hoe Kalta onze roemrijke burgt verwoest had, toen werd hij zoo uitermate boos, dat hij met alle zijne manschappen op Flyburch losging en daar tot vergelding den rooden haan instak. Maar door zijn schout bij nacht en sommige zijner manschappen werden de lamp en de maagden gered; doch Syrhed of Kalta mochten zij niet vatten. Zij klom op de uiterste tinne; iedereen meende dat zij in de vlammen moest omkomen; doch wat gebeurde? Terwijl al hare lieden stokstijf van schrik stonden, kwam zij schooner als te voren op haren klepper, hun toeroepende: naar Kalta
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek