United States or Guam ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men kan haar in de mooiste kamers houden, want zij verbreidt volstrekt geen onaangename lucht; alleen in den zomer merkt men bij haar een muskusachtigen reuk op, die echter zoo zwak is, dat men er geen hinder van heeft. Ook in de gevangenschap houdt de Hazelmuis winterslaap, als het vertrek niet altijd gelijkmatig warm gehouden wordt.

Het kost moeite een Hazelmuis te vangen, zoolang zij volkomen wakker is; slechts bij toeval geraakt zij in de een of andere val; deze plaats men daar, waar zij zich het liefst ophoudt, en wordt met noten of met ander voedsel als lokaas voorzien.

Gemakkelijker verkrijgt men ze in 't laatste gedeelte van den herfst of in den winter bij het opharken van 't loof of bij het uitroeien van de wortelspruiten. Zoodra men de Hazelmuis in de hand heeft, is zij zoo goed als getemd. Nooit waagt zij het, weerstand te bieden aan haar overweldiger, nooit tracht zij te bijten; de grootste angst ontlokt haar alleen een piepend of helder sissend geluid.

Voor den winterslaap zoekt de Groote Hazelmuis droge en gedekte gaten in boomen of in muren en ook wel mollengangen op; ook begeeft zij zich soms naar de in 't woud staande boerderijen, tuinhuizen, schuren, hooischuren, kolenbrandershutten en andere gebouwen en vindt daar allicht een geschikte slaapplaats.

Toch toont hij niet zelden de eigenaardige streken van de Knaagdieren door duchtig te bijten. Als hij goed behandeld wordt, kan de Ziesel verscheidene jaren lang als gevangene in 't leven blijven. Met de Hazelmuis is hij wel een van de aardigste dieren, die men in de kamer houden kan.

Daarom is het voor eigenaars van tuinen, die dicht bij het woud wonen, zeer raadzaam, alle bondgenooten in den strijd tegen schadelijke Knaagdieren zooveel mogelijk te sparen. De Groote Hazelmuis is, evenmin als de Zevenslaper, geschikt om getemd te worden.

De Groote Hazelmuis wordt zeer ongaarne gezien in tuinen, waar fijne soorten van ooft gekweekt worden. Eén enkel dier is in staat om de geheele perziken- of abrikozenoogst te vernielen. Bij hare snoeperijen geeft zij bewijzen van een buitengewoon fijnen smaak.

Over dag ligt de Hazelmuis in den een of anderen schuilhoek te slapen, des nachts gaat zij haar voedsel zoeken, dat uit noten, eikels, harde zaden, sappige vruchten, bessen en knoppen van boomen bestaat; het liefst echter eet zij hazelnoten, die zij op een kunstige wijze opent en ledigt, zonder ze af te plukken of uit het napje te verwijderen. Ook zoekt zij lijsterbessen en wordt bijgevolg niet zelden in lijsterstrikken gevangen. Zij leeft in kleine gezelschappen, die niet bijzonder innig met elkaar verbonden zijn. Door iedere Hazelmuis, of door twee gezamenlijk, wordt in het dichtste struikgewas een zacht, warm, tamelijk kunstig nest van gras, bladen, mos, worteltjes en haren gebouwd; het dier zwerft vanhier uit iederen nacht door zijn gebied, bijna altijd gemeenschappelijk met andere, die in de nabijheid wonen. Het zijn echte boomdieren; zij klimmen merkwaardig goed, zelfs langs de dunste twijgen. In Augustus werpt het wijfje 3

Het best kan men haar vangen in draadstrikken, die men vóór de leiboomen ophangt, of in kleine klemmen, die op een geschikte plaats neergelegd worden. Maar beter nog dan door zulke vallen, wordt de tuin voor deze brutale gauwdieven beveiligd door een goede Kat. Marters, Wezels, Ooruilen en Uilen maken ijverig jacht op de Hazelmuis.

De kop is, evenals de bovenzijde van den romp, roodachtig grijsbruin, de onderzijde wit. De Groote Hazelmuis, die reeds in den ouden tijd aan de Romeinen onder den naam Nitela bekend was, behoort hoofdzakelijk thuis in de gematigde gewesten van Middel- en West-Europa.