Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juni 2025
Lange jaren waren voorbijgeloopen en de hand des tijds had de meesten van hen, die in onze geschiedenis een rol gespeeld hadden, van het wereldtooneel afgevaagd, toen een vreemdeling, door een enkelen dienaar gevolgd, op een fraaien zomerdag, langs den kronkelenden weg, die van Harlingen naar Bolsward geleidt, kwam aangereden.
In den jaare 1504 heeft Graaf Edzard, by de punterbrug, een zeer sterk kasteel laaten bouwen; 't welk naderhand Weerdenbras genaamt is geworden. In den jaare 1505 was te Harlingen een zwaare nood van water, waar door veele dyken doorbraken.
In den jaare 1608 was 't zo een harden winter, dat men van de Friesche kusten naar de vooreilanden, als Ameland, Ter Schelling, en ook naar Grind niet alleen, maar zelf naar de Hollandsche kusten van Harlingen af met paard en slede konde overjaagen. Gelyk een Ariën Wierds, den 9de van February uit de Haven rydende, voor 't poortsluiten te Amsterdam binnen quam.
Zoo kan de hedendaagsche plaatsnaam Harlingen, die zonder eenigen twyfel oorspronkelik een patronymikon is, ontstaan zijn; en zoo is, ongetwijfeld, menige, menige plaatsnaam in alle germaansche landen, ontstaan. Want zulke plaatsnamen, eenvoudige zoowel als in samenstellingen, zijn ongemeen talrijk, overal waar maar ooit Germanen gewoond hebben, of nog wonen.
Aan het hoofd van dit adellijk geslacht bevond zich in het begin der veertiende eeuw de wakkere Sjoerd Dekama, wiens bezittingen een groot deel uitmaakten van die landerijen, welke zich, langs Frieslands Noordelijke kust, van Harlingen tot Dokkum uitstrekken.
Het plan der Magistraten van Harlingen en Leeuwarden, om langs de vaart tusschen beide steden een bepuind trekpad aan te leggen, in 1640 ontworpen en in 1646 volbragt, was niet enkel ter bevordering van eene geregelde gemeenschap en ten behoeve van handel en scheepvaart van veel belang, maar de goede uitslag daarvan wekte allerwege een geest van navolging op, welke voor de gansche provincie gunstige gevolgen had.
De steen met het latijnsche hoofdopschrift der westzijde is in Mei 1851 teruggevonden, onder in een muur gemetseld, bij gelegenheid der vergrooting van de buitenhaven van Harlingen.
C. Wijbenga, Secretaris van Franekeradeel te Franeker. J. Wijma Jzn. te Leeuwarden. M. Wijt & Zn. Boekhandelaars te Rotterdam. Dr. N. Ypeij, Lid van den Raad der stad Leeuwarden. S. Ypeij, Jur. Student te Groningen. J. H. van IJssel, V. D. M. te Hempens, voor het Leesgezelschap. Jan S. IJzenbeek, Koopman te Harlingen. A. K. Zandstra, Landbouwer te Langweer. D. H. Zandstra, Landbouwer te Langweer.
Zie dit besluit in het Charterb. V 1194 en bij SCHUTTE, 189; alsmede Reg. Staats-res. 447; YPEIJ en DERMOUT, I Aant. bl. 153. Weinige zijn de bijzonderheden, welke omtrent de overige Luthersche gemeenten in Friesland bekend zijn. De gemeente te Harlingen, te gelijker tijd met die van Leeuwarden ontstaan, had in den beginne gemeenschappelijk met dezen den zelfden predikant.
Ondertusschen hebben 's Prinsen volk de zeekusten, behalven Harlingen en Staveren, weder onvry gemaakt; alwaar Gaasterland en de geheele zuidhoek veel verdriet heeft uitgestaan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek