Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Men roert 8 eierdooiers met 300 gram sultanarozijnen, 80 gram fijngesneden zoete amandelen, 2 lepels geraspt brood en 125 gram gesmolten boter met het met vruchtensap doortrokken brood door elkaar. Daarna roert men er voorzichtig het stijfgeklopte wit der eieren door, doet het deeg in een met boter bestreken en met meel bestrooiden vorm en laat het een uur koken.
In 1 liter kokende melk stort men 250 gram rijst, voegt er 50 gram boter bij en verzoet ze met 100 gram suiker. Als ze goed is uitgedijd, neemt men ze van het vuur en laat ze koud worden. Dan voegt men er 50 gram fijngesneden amandelen en 2 eierdooiers bij, roert het deeg goed om en roert er daarna voorzichtig het stijfgeklopte wit door.
De ribben worden met niet te veel water en zout opgezet, gekookt en geschuimd; dan voegt men er wat fijngesneden uijen bij, benevens peper, nagelen en eenige laurierbladen, later ook een paar citroenschijven. Zoo laat men ze stoven tot de saus gebonden is, wat men nog kan bevorderen door er een weinig gestooten beschuit door te roeren. Spaansche fricco.
Voor 5 o. rijpe tomaten rekent men 3 o., 7 1/2 l. suiker en een stuk ingemaakte gember, van een vinger lang. De vruchten worden met kokend water overgoten, en dan trekt men er met een fijn mesje de schil af; men klaart de suiker, en legt daar, als zij kokend is, de tomaten en de fijngesneden gember in.
R. 552. Gierstekoek. Men neemt 500 gram gierst, die na herhaaldelijk gewasschen te zijn den nacht over in het water stond. Dat water giet men af en ververscht het nog eens of tweemaal. Dan kookt men de gierst in water en laat ze flink uitdijen, daarna voegt men er aan toe 200 gram fijngesneden amandelen, 300 gram rozijnen zonder pitten, 250 gram boter, roert zoolang tot de brij koud is, roert er 6
Om rundersoep spoedig te koken. Voor 6 of 7 personen snijdt men 1 p. vleesch in dobbelsteenen of dunne repen, bruint eenige lepels meel in boter, legt het vleesch daarin met eene fijngesneden uije en gele wortelen, ook desverkiezende, een knol seldery.
Fricassée van ossentong. De tong wordt eerst gekookt volgens No. 17 en aan stukken gesneden. Dan fruit men eene groote fijngesneden uije, met 2 spijslepels meel in rijkelijk boter bruin, giet het tongennat dat men tot de gewenschte hoeveelheid heeft laten verkoken, er bij; met eenige citroenschijven zonder pitten, wat peper en gestampte foelie, benevens een half glas witten wijn.
Men dient de soep op koud of warm naar verkiezing met een groote beschuit. Broodsoep. Als men van oudbakken brood de bruine korsten heeft afgesneden, laat men het met water fijnkoken, wrijft het door een zeef en voegt er wat prei, selderij, peterselie, een weinig kervel en wat fijngehakte uien bij, nadat alles zorgvuldig is schoongemaakt gewasschen en fijngesneden.
Vervolgens roert men er 3 lood, 3 w. fijngesneden oranjeschil, of, bij gebrek daarvan, eene geraspte citroenschil, met het geslagen wit van 4 eijeren door, en legt alles, gelijkgestreken op het deeg, dat tot aan den rand toe vol moet zijn.
Bazeler lekkerli. 5 o. honig laat men op het vuur smelten, roert er dan 5 ons suiker en 5 o. gesnipperde amandelen door, vervolgens 5 o. bloem, 6 1/2 l. snippers en de fijngesneden schil van 1 citroen, eene halve notemuskaat, wat gestooten nagelen en een halven kelk arak of rhum. Men kneedt hiervan een deeg, dat men goed doorwerkt, en vier of zelfs acht dagen, toegedekt, laat rusten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek