United States or Tanzania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zoowel voor de zeden als voor de sentimenten leert ons Le Voir-Dit meer dan de meeste liefdeslitteratuur van den tijd. Vooreerst de buitengewone vrijheid, die zich dit jonge meisje veroorloven kon, zonder aanstoot te geven. Dan de naïeve onverstoorbaarheid, waarmee alles, tot het intiemste, zich afspeelt in tegenwoordigheid van anderen, 't zij de schoonzuster, de kamenier of den secretaris. Bij het samenzijn onder den kerseboom verzint deze laatste zelfs een bevallige list: terwijl zij sluimert, legt hij een groen blad op Peronnelle's mond, en zegt tot Machaut, dat hij dat blad moet kussen. Als deze het eindelijk waagt, trekt de secretaris het blad weg, zoodat hij even haar mond aanraakt. Even opmerkelijk is het samengaan van liefdes- en godsdienstplichten. Het feit, dat Machaut als kanunnik van de kerk van Reims tot den geestelijken stand behoorde, moet niet al te zwaar worden opgevat. De lagere wijdingen, die voor het kanunnikschap voldoende waren, brachten in dien tijd den eisch van het coelibaat niet gebiedend mede. Ook Petrarca was kanunnik. Dat een bedevaart gekozen wordt, om elkaar te ontmoeten, is ook niets buitengewoons. De bedevaarten waren zeer in trek voor liefdesavonturen. Maar de pelgrimage wordt desondanks met ernst verricht, "très devotement." Bij een vorig samenzijn hooren zij samen de mis, hij achter haar gezeten: "... Quant on dist: Agnus dei, Foy que je doy

Daar ligt waarschijnlijk meteen de verklaring, waarom de blauwe kleur, geveinsd gebruikt, ook de ontrouw ging beduiden, en met een overspringing niet alleen de trouwelooze maar ook den bedrogene toekwam. De blauwe huik beduidt in het Nederlandsch de echtbreekster, en de "cote bleue" is het gewaad van den bedrogene: "Que cils qui m'a de cote bleue armé Et fait monstrer au doy, soit occis."