Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 mei 2025


De aardappelen worden gaar gekookt, fijn gemaakt, door eene zeef gewreven en dan door elkaâr geroerd met melk, boter, zout, peper en notemuskaat; men bestrooit ze bovenop met gestooten beschuit en laat ze in den oven bruinen. Als men ze uit den schotel wil opdoen moet hij met boter besmeerd en met beschuit bestrooid zijn. Aardappelen met appelen.

Zoo warm als mogelijk is, wrijft men het daarna zeer sterk in met 2 o. fijn zout en 1 1/2 l. gestooten salpeter; dan laat men het koud worden; bestrooit het rondom met gestampte houtskolen, en hangt het op eene drooge plaats, waar de lucht het kan bereiken. Het vleesch blijft op deze wijze zeer goed en heeft een aangenamen smaak. Gerezen ganzen.

Men bestrooit den schotel met fijngestampte beschuit en legt hier en daar een kluitje boter. Men handelt met boerenkool als met andijvie volgens R. 210. Boerenkool met aardappelen. Men handelt met boerenkool met aardappelen als in R. 213 is voorgeschreven voor andijvie met aardappelen. Brusselsche spruitjes.

Men bakt de flensjes volgens No. 2, bestrijkt ze dan met vruchtenmoes of ook met rijstenbrij, waarover men suiker en kaneel strooit; dan rolt men ze op, bestrooit ze met suiker, en zet ze zoo op tafel. Dan rolt men deze farci in de koekjes. Kussentjes.

Men legt er vruchten in, die men, naar haren aard, met suiker en kaneel bestrooit, en bakt ze vlug gaar. Indien men zeer sappige vruchten, zoo als aalbessen of frambozen, neemt, dan moet men wat gestooten beschuit op den bodem strooijen; gebruikt men ingemaakte vruchten of gelei, dan worden de taartjes ledig gebakken, en daarna gevuld. Kweetaartjes.

Dit zijn zeer kleine kadetjes, waar men de korst afraspt, die men dan weekt volgens No. 25, met gestooten beschuit bestrooit en in ruim boter bakt. Men presenteert er gelei bij, en geeft ze met wijn of vruchtenmoes. Eijeren koken. Het water moet goed koken eer de eijeren er worden ingelegd.

Afgeroomde zure melk zet men in de nabijheid van het vuur, zoodat de waterige deelen zich afscheiden, zonder dat de melk hard wordt en laat haar dan, in een linnen sloop opgehangen, uitdruipen. Vervolgens roert men haar gelijk, met wat versche room, suiker en kaneel er door; giet ze dan in een diepen schotel, strijkt ze glad, en bestrooit ze met suiker en kaneel. Zij verdikt zeer door het staan.

Men bestrijkt het daarna met boter, strooit er suiker en kaneel overheen, en legt versche pruimen, waar de pitten zijn uitgedaan en die met een weinig boter vooraf gewarmd zijn, digt naast elkaâr opengebogen en met de binnenzijde naar boven gekeerd, daarop. Men bestrooit ze met suiker en kaneel, en ook legt men er kleine stukjes boter op.

De eijeren, suiker, foelie, citroensap en schil worden stevig door elkaar geroerd, en dan ook het meel er doorheen gekneed. Vervolgens strijkt men het deeg, iets dikker dan de rug van een mes, op een blikken, met boter besmeerde plaat, bestrooit het met de gesnipperde amandelen, waardoor wat suiker en kaneel is geroerd.

Roomkoekjes. 2 1/2 o. bloem, 2 o. boter, 1 ei, 6 1/2 l. suiker en ruim 3 lepels dikken zuren room, maakt men tot een deeg, dat men uitrolt, en waaruit men, met een glas, kleine koekjes steekt, die men met lichtgefruite boter bestrijkt, met suiker en kaneel bestrooit en op eene plaat, in den oven bakt.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek