United States or South Africa ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gedurende de, op de Romeinsche heerschappij volgende "volksverhuizing", toen alle stammen van het groote Germanen-volk, naar verschillende streken West- en Zuidwaarts trokken, kwamen ook de in het Noord-Westelijke punt en aan de uiteinden van het oude Germanië wonende Jüten, Angeln en Saksers in beweging en wilden hun aandeel hebben aan de overblijfselen van het samenstortende wereldrijk.

Eerst sedert de 5de eeuw, nadat de Angeln en Saksers een groot deel van hun volk naar Engeland overgeplaatst hadden, drongen de Denen uit het Noorden, en wel uit het Zuidelijk Skandinavië, hunne verlatene woonplaatsen binnen, geheel op dezelfde wijze, als in denzelfden tijd en om dezelfde redenen, de Slawen van het Oosten uit, in andere streken van Duitschland, die eveneens gedurende de groote volksverhuizing door de Duitschers verlaten waren, binnen trokken.

Toen de Denen naar het schoone weide- en beuken-eiland der oude Saksers en Angeln kwamen, brachten zij uit het Zuidelijk Zweden een anderen, met hen verbroederden Skandinavischen volksstam mede, de Jüten of Güten, vermoedelijk identiek met de Zuid-Zweedsche Gothen, die zich bij voorkeur langs de met bosschen omgroeide fiorden, en over de wouden van het Cimbrische of Anglische schiereiland verbreidden, en aan het land den naam "Jutland" gaven.

Reeds iets voor den tijd van Karel den Groote, hadden de Denen en Jüten hunne veroveringen, koloniën en politieke grenzen tot aan den Eider voortgeschoven, maar ook reeds toen bleven binnen deze grenzen, verscheidene kleine streken van het land, midden onder de Denen, door hunne oude Duitsche bewoners bevolkt, zooals bij voorbeeld het kleine land Angeln, waarin zich nu de eens zoo ver verspreide stam en naam der Angeln terugtrokken, zoo ook de Marsch-eilanden ten westen van Jutland, die van oudsher door Duitsche Friezen bevolkt waren, en die nu ook onder Deensche heerschappij bleven.

Dat deze, het land binnengetrokken Jüten, daar nog vele Duitsche Angeln en Saksers aantroffen, zich met dezen vermengden en vele Germaansche invloeden van hen ondergingen, bewijst onder anderen de physionomie hunner taal, die veel eigenaardigheden bezit, die bepaald Duitsch, en niet Deensch of Skandinavisch zijn.

Geheel Jutland en de naburige eilanden waren in den tijd, toen de geschiedenis haar eerste schemerlicht over deze streken wierp, niet door Skandinaviërs, maar door Duitsche Angeln en Saksers bewoond.