Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
Hier heeft hij ook zijn wereldberoemd geloofslied gedicht, Gezang 264, waarvan wij het eerste vers al zoo dikwijls gezongen hebben: Een vaste burg is onze God! Een toevlucht voor de Zijnen! Al drukt het leed, al dreigt het lot, Hij doet Zijn hulp verschijnen! De vijand rukt vast aan Met opgestoken vaan; Hij draagt zijn rusting nog Van gruwel en bedrog, Maar zal als kaf verdwijnen!
Luce, V p. 64, VIII p. 5, 48, XI p. 110, ed. Kervyn, XIII p. 14, 21, 84, 102, 264. Froissart, ed. Kervyn, XV p. 54, 109, 184, XVI p. 23, 52, ed. Luce. I p. 394. Froissart, XIII p. 13. G. de Machaut, Poésies lyriques, ed. La Borderie, l.c., p. 618. Christine de Pisan, Oeuvres poétiques, I p. 276. Ib. p. 164, no. 30. Ib. I p. 275, no. 5. Froissart, Poésies, ed. Scheler, II p. 216.
"winnen" bij Vondel opgemerkt, en vestigt er de aandacht op in zijne Aanmerkingen op Huydecopers Proeve, bl. 2. IVe Zang, vs. 264, bl. 60, rl. 6 v. b. Maar een steen, die 't hoofd hem dacht te kneuzen, enz. Segol, als later blijken moest, wordt hier beschermd door een bovenaardsche macht: dit wordt uitdrukkelijk gezegd Z. V, vs. 269, bij een dergelijk geval.
Het gebruik om gladiatoren te laten vechten is van Etruscischen oorsprong, en het eerst in Rome ingevoerd in 264, als lijkspelen; als openbare spelen voor het eerst in 105, zie Ludi aan het einde. De Rom. waren tuk op bloedige spelen en deze waren een krachtig middel voor eerzuchtigen om zich de gunst van den grooten hoop te verwerven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek