United States or El Salvador ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Eén ding alleenig, da' mo'k je nog vrage ... Want zie je, die Mina, waar 'k je daar strakkies van sprak, die kan d'r wel uit, uit mijn tooneelstuk. Die ouwe lijkstaassie verdoet zich tòch an 't brandspiritus, want al wat er 's avens tussche ons was voorgevalle, had ze vanmorge alweer heelegaar vergete.

Ik vind geene reden, waarom gy op die wyze uw meel verdoet, uwe kleederen vuil maakt, en grys gelykt, eer gy oud zyt". De Indianen gebruiken ook tot het zelfde einde een zeer ligt gevlakt blauw, het welk zy tapowripa noemen; maar dit heeft alleenlyk plaats, wanneer zy zig willen opschikken, en het blyft negen dagen op de huid.

"Zij had haar man tot haar bescherming," antwoordde de Heer Bos: "en sedert deze onlangs overleden is,... gij ziet zij draagt nog den rouw over hem ... woont haar zoon, een afgedankte varensgezel, bij haar in. Wel is waar, aan dezen heeft zij weinig hulp; want, naar zij mij vertelt, is hij meestal, en ook thans, van huis en verdoet zijn tijd in de kroegen en dobbelhuizen."

De oude vrouw had haar afgod terdeeg afgestoft en geschuierd, en ook Wouter kreeg 'n streek of wat met den borstel, doch 't was blykbaar slechts 'n voorwendsel om hem nogeens nadrukkelyk in 't oor te fluisteren: Zal je toch goed zorgdragen dat pater al dat geld niet verdoet, jongeheer?

Ik vind geene reden, waarom gy op die wyze uw meel verdoet, uwe kleederen vuil maakt, en grys gelykt, eer gy oud zyt". De Indianen gebruiken ook tot het zelfde einde een zeer ligt gevlakt blauw, het welk zy tapowripa noemen; maar dit heeft alleenlyk plaats, wanneer zy zig willen opschikken, en het blyft negen dagen op de huid.

Gut, pater, als de jongen 't nu maar niet weer verdoet! Je moet het vooral niet verdoen, jongeheer. Ik ken die munt wel. We hebben er eens precies zoo een in 't zakje gehad... verleden, weetje, toen er zooveel vreemde heeren in de stad waren. 't Waren gouden friedrichs, en wel vyf in getal.

Ik heb nu zoovele jaren altijd op hunne kosten wijn gedronken, en nu wilde ik wel voor eens in mijn leven hunne beleefdheid te mijnen opzichte vergelden." "Dat is edelmoedig gedacht," zeide mijn vader: "maar toch, draag zorg, dat gij niet alles aan den wijn verdoet: en bepaal u dan bij hen, aan wien gij een traktement schuldig zijt."

Het vuur onzer driften verbrandt ze in ons hart, of het ijs onzer bezadigdheid bevriest ze; de wereld lost ze op in den rusteloozen vloed van aandoeningen en ondervindingen die er overheenstroomt, of onze dartelheid, onze trots, en datgene in ons, dat wij "er uitgroeien" noemen, vernielt en verdoet ze moedwillig, tenzij wij ze balsemen met de geurige zalve onzer liefde!