United States or Saint Helena, Ascension, and Tristan da Cunha ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dit zeggende, haastte hij zich naar de zijkamer; maar de persoon, dien hij verwachtte, verscheen niet: en, gelijk mij later bleek, was het alleen de Onderschout, die met een koets aan de Beerebijt de aankomst der Utrechtsche schuit had staan wachten, ten einde den Heer Bos bij het uitstappen te knippen.

Zie Tiele, Nederlandsche Bibliographie van Land- en Volkenkunde, bl. 269. Het exemplaar uit de Utrechtsche Universiteitsbibliotheek hebben wij kunnen raadplegen. Zie Tiele, a.v. bl. 269. Dl. I, bl. 148. Onder dezen naam is de hoofdstad van Quelpaerts-eiland nergens vermeld gevonden.

Hofdijc, die mede aan Grave Willem, door het schenken der kerk te Maesland, in 1251, haar oorsprong dankt. Zijn zoon Floris begiftigde later de Orde met eenige landerijen aan den Hofdijk, waarop de Utrechtsche Baly er een huis deed stichten voor een Kommandeur.

Reeds is dit erkend in de geschriften van de Utrechtsche geleerden wijlen Jhr. Mr. VAN ASCH VAN WIJCK en den Hoogl. ROYAARDS, wiens bestrijding van een verkeerd volksbegrip ik gemeend heb tegenover den titel te moeten mededeelen.

Over een half uur zouen de boeken van de tafel geruimd worden, zou er gerinkeld worden met borden, zouen we eten... Over anderhalf uur zouen de beenen bewegen door de Van Woustraat, door de Utrechtsche straat, door de Kalverstraat... De vaste, plichtmatige wandeling van een zeer fatsoenlijk bourgeois... Dan wat werk en 's nachts wéér de Kalverstraat, de Utrechtsche straat, de Van Woustraat... Dan het bed en morgen alles hetzelfde, als een klok tikketak, als een schoothondje, dat op den juisten tijd moet uitgelaten worden.

In den jaare 1227 braken de Groninger onlusten wederom op, tusschen Rudolf, Kastelein van Koeverden, en Egbert, Burggraaf van Groningen, over deszelfs Burggraafschap. Doch de Utrechtsche Bisschop, Otto van der Lip, quam met 'er haast herwaards en vereenigde hen.

Maar ik ben nooit zoo zeer Leidsch student geweest, dat ik niet altijd gaarne dronk op de harmonie tusschen de zusteracademiën, een toost, die immer gedronken wordt, waar Utrechtsche en Leidsche studenten bijeen zijn, maar die men evenwel niet te druk moet herhalen om geen twist te krijgen. Oom wenschte mij frisschen morgen.

Dominé De Witt liet André rustig zijn gang gaan na den dood zijner vrouw. Hij had er later nimmer berouw van. In zijn derde jaar beantwoordde André in stilte eene prijsvraag der Utrechtsche hoogeschool. Men vroeg eene »Critiek der bevolkingsleer van Malthus", en bekroonde met goud een antwoord van een Leidsch student, wiens naam bleek te zijn André de Witt.

Onder een dier ramen stond een zware tafel, waarop een bijbel lag, benevens een psalmboek, een exemplaar van de Utrechtsche Unie, keurig ingebonden, het jachtrecht van Gelderland, de kroniek van Gheraert Leeuw, eenige vlugschriften en een paar godvruchtige boekskens, uitmakende de gansche lectuur van den Baron. De andere tafel, waaraan hij met den Predikant gezeten was, was ledig.

Op den avond van den 10den April werden alle goedgekeurde conscrits bijeengebracht en in de kazerne aan de Utrechtsche poort opgesloten, om den volgenden dag naar hun corpsen te worden gezonden. Zoodra de morgen aanlicht, zet de sombere stoet zich in beweging, naar de Haarlemmerpoort, waar verscheidene schuiten tot hun vervoer gereed liggen.