United States or Curaçao ? Vote for the TOP Country of the Week !


"We hebbe the tot githtere gevoederd, 't ith waar," zei de heer Skinner, "maar vanmorge dòrthte' we niet meer, meneer. 't Lawaai dat de wethpe' maakte' vreethelijk, meneer. The vloge net uit dothijne. Tho groot ath kippe.

En ik zou denken dat ze, vergeleken bij een gewoon kuiken, ongeveer zes of zeven maal zoo groot zijn..." "'t Wordt tijd dat we opthlag van loon vrage," zeide Skinner tot zijne vrouw. "Hij ith tho lekker ath wat, dat we die kuikes in de tweede ren tho ver gekrege hebbe, zoo lekker ath wat." Hij boog zich vertrouwelijk naar haar over.

De heer Bensington wendde plotseling zijn bril naar hem toe. "We fokten ze haatht net tho groot op onthe eigen sthtee," zeide meneer Skinner, zijn goede oog vroom ten hemel slaand, en een beetje loskomend; "ik en m'n vrouw." Bensington deed zijne gewone ronde over het erf, doch keerde spoedig naar den ren terug. Het was werkelijk meer dan hij had durven hopen.

Ik theg tege d'r "naai me eve 'n paar knoope' aan," theg ik, "want ik kon toch thò niet naar Londen," theg ik, "en dan ga ik naar meneer Benthington," zeg ik, "om 'em alleth te vertelle. En jij blijf in dethe kamer tot ik terugkom," theg ik, "en hou de rame' tho dicht alth je maar kan," theg ik." "Als jelui niet zoo vervloekt slordig waart geweest" begon Redwood.

"The thullen anderth wel niet doorgaan met tho hard te groeien," zeide Skinner. "Niet?" zei de heer Bensington. "Nee," zei de heer Skinner. "Ik ken dit thoort. Thij beginne geil, maar the thcheijen er gauw mee uit!" Er volgde een oogenblik stilte. "'t Ith nikth anderth dan de behandeling, die 't em doet," zeide de heer Skinner bescheiden.

"'k Ben te veel in de war geweetht, meneer," zeide meneer Skinner. "Alth je witht, wat wij doorgethtaan hebbe ik en m'n vrouw. We withte niet wat er van te denke, meneer. Doordat die kippe tho groeiden, en de oorwurme, en het kanarie-kruid..." "Ja, ja, dat heb je nou allemaal al verteld," zeide Redwood. "Maar wat moeten we aanvangen, Bensington?" "Wát moeten wij aanvange?" vroeg meneer Skinner.

In den maagschapsnaam Theepas meen ik dit zelfde voorzetsel the of te te moeten herkennen, dat door misbegrip vast onkenbaar geworden is. Maar in den geslachtsnaam Tho Pass is de oudste form bewaard gebleven. Een ander geslacht voert dezen zelfden naam in den form Thopas, waar by een oningewyde lichtelik aan zekeren edelsteen, topaas, kan denken.

Maar de naam Pasman zal wel oorspronkelik een toenaam geweest zijn voor eenen man wiens huis by of in zulk eene pas stond. Het hedendaagsch-algemeen-nederlandsche voorzetsel te luidt in onze friesche en friso-saksische gouspraken als to, en werd oudtijds als tho en ook als thoe geschreven.

Even als thoe nevens toe, zoo komen ook eene enkele maal then en ther nevens ten en ter voor. De oude friesche en friso-saksische formen tho, thoe, to, toe komen ook met het lidwoord samengetrokken als thor en thom, tor en tom voor. Zulke namen zijn zoo wel aan deze als aan gene zyde van onze oostelike grensen oorspronkelik inheemsch.