United States or Tokelau ? Vote for the TOP Country of the Week !
De schatbewaarder, die ongerust was over de verregaande verkwisting van den sterrenwichelaar, sprak den Koning erover aan; maar daar Zijne Majesteit zijn woord aan den wijze gegeven had, en hij diens verkwisting eenigszins had uitgelokt, kon hij moeilijk tusschenbeide komen, en hij kon slechts hopen, dat de inrichting der grot spoedig voltooid zou zijn.
»Vermetele sterrenwichelaar,« schreeuwde hij, »durft gij uwe oogen op te slaan naar haar, die ik onder alle vrouwen heb uitverkoren?« »Gij hebt uw koninklijk woord gegeven,« antwoordde Ibrahim. »Ik eisch de prinses op.« »Hond der woestijn!« riep Aben Habuz, »gij zult gevoelen, wat het zeggen wil, mijn toorn te hebben opgewekt, gij bedrieger!«
Maar op zekeren morgen kwam een boer bij Aben Habuz, en vertelde hem, dat hij, toen hij den heuvel overtrok, een spleet in de rots had ontdekt; daar was hij doorgekropen, en had toen een blik geslagen in een onderaardschen hal, waar de sterrenwichelaar op een kostbaren divan zat te slapen, terwijl de prinses hem op haar zilveren lier iets voorspeelde.
Daar kwam een klein, grijs mannetje aan met een bril en een puntbaardje, op een nietig ezeltje, beladen met een reuzenknapzak vol geheimzinnige voorwerpen, waartusschen dreigend en hemelwaarts wijzend, een onmetelijk groote kijker opstak. Dat was de sterrenwichelaar van Z.M.
»Maar wat heeft dat alles te maken met mijne moeilijkheden, o zoon van Abu Ajib?« vroeg de Koning geprikkeld. »Ik heb u dit verteld, o Koning, omdat ik door middel van dit wonderboek de geesten van de aarde en de lucht kan aanroepen, en ik met hun hulp een talisman zal maken, zooals dien van den heuvel bij de stad Borsia.« De sterrenwichelaar hield zijn woord.
»Wat!« riep de vertoornde vorst uit, »bij den baard van den Profeet, gij zijt een zonderlinge kluizenaar! Deze jonkvrouw is niet voor u!« »Het zij zoo,« sprak Ibrahim met van woede trillende stem, »maar ik vrees voor U, o Koning Aben Habuz. Neem U in acht, herhaal ik; wees voorzichtig.« En met deze woorden trok de sterrenwichelaar zich terug in zijn onderaardsche woonplaats.
Verbaasd over deze groote bescheidenheid, ontbood de Koning zijn schatbewaarder, en hij droeg hem op, kennis te nemen van de wenschen van den sterrenwichelaar. De wijze verlangde, dat men een geheele reeks vertrekken in de rots zou uithouwen; en toen dit geschied was, gaf hij bevel, dat zij met de grootste weelde zouden worden ingericht.
Intusschen hield de Koning zich in den toren bezig met zijn houten soldaatjes, en daar de sterrenwichelaar niet bij de hand was, om zijn strijdlust te temperen, vermaakte hij zich met het verdelgen van legers, en het verslaan van geheele bataljons door een enkelen stoot met de tooverlans.
»Ik verlang slechts het eerste lastdier met zijn lading, dat de poort van Uw paradijs zal binnengaan,« zeide Ibrahim; »dat is toch zeker een bescheiden eisch?« »Bescheidener kan het al niet,« riep de Koning uit, opgewonden door de gedachte aan zijn toekomstig geluk; »uw wensch zal vervuld worden.« De sterrenwichelaar toog oogenblikkelijk aan het werk.
Zoroaster, Zoroastres, stichtte in zeer oude tijden den perzischen Ormuzdienst. Sedert de Grieken met zijne leer bekend werden, gold hij dikwijls als de eerste sterrenkundige, sterrenwichelaar en toovenaar. Zosimus, Zosimos, grieksch geschiedschrijver in de 2de helft der 5de eeuw n.
Woord Van De Dag