United States or Switzerland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toch was de Koning verstandig genoeg, om zelf geene beslissing in die zaak te nemen, hoewel hij door het schrijven van aardrijkskundige en sterrenkundige werken bewijzen had gegeven, dat het hem aan geene bekwaamheden ontbrak. Niemand zou hem dan ook van verwaandheid beschuldigd hebben, zoo hij in deze zaak beslissend opgetreden was.

Nu is immers de laatste pastei niet op haarzelve, maar betrekkelijk grooter dan de eerste." Door zulke uitleggingen werd de sterrenkundige wetenschap aangaande de maan te Baltimore zeer bevorderd, terwijl de dagbladen door allerlei kwinkslagen de aandacht op den wachter onzer aarde gevestigd hielden.

Michel Ardan was niet uit het veld geslagen. »Laussedat, een bekwaam sterrenkundige, heeft in de eclips van 18 Juli 1860 de horens der zon afgerond en scheef gezien. Dit verschijnsel kon onmogelijk een andere oorzaak hebben dan een maandampkring." »Maar is die waarneming bewezen?" »Bewezen." »Met uw verlof, boven de bergen dan toch niet," meende de hardnekkige onbekende.

Een sterrenkundige, een geoloog, een natuuronderzoeker, die al de geheimen zijner geliefkoosde wetenschap heeft leeren ontsluieren, kan daarom toch wel, niettegenstaande zijne groote geleerdheid, een onontwikkeld verstand hebben, en niet hebben leeren denken.

Indien men bij sterrenwachten zoodanige schommelingen waarneemt, dan is dit niet het gevolg van mindere stevigheid van den grond, waarop die gebouwen geplaatst zijn, maar eenvoudig van de nauwkeurigheid der waarnemingen, die op zoodanige inrichtingen worden volbracht, en die den sterrenkundige in staat stellen, de geringste afwijkingen aan te toonen.

Eene staatsbetrekking had hij niet meer. Als iemand mij vroeg, wat mijnheer Van N. thans was, of hij medicus of litterator, rechtsgeleerde, sterrenkundige, theoloog of philosoof was, ik zou het niet weten: maar wel, dat er geen tak van menschelijke kennis was, waar zijn geest niet mede bekend was.

Het is niet aan te nemen, want om op Madeira te komen moesten ze zóó ver het Westen in, dat er van de Afrikaansche kust niets meer te zien was. Hoe kwam Toscanelli, een beroemd Italiaansch sterrenkundige, die in de vijftiende eeuw Chr. leefde, er aan om op zijne wereldkaart, hoe gebrekkig die ook ware, in de zee tusschen Europa en Azië een eiland te leggen, hetwelk hij Antilia noemde?

En bij deze gelegenheid verhaalde Barbicane aan zijn vrienden de zonderlinge meening van Keppler aangaande den oorsprong dier ringgebergten. Volgens dezen beroemden sterrenkundige zijn zij door de handen van maanbewoners gegraven. »Met welk doel?" vroeg Nicholl.

De Groote Galerij is volgens Proctor echter het stelligste bewijs van den astronomischen aard van de bedoeling der bouwers. Deze Groote Galerij toont door hare dubbele geaardheid aan dat zij bedoeld was voor sterrenkundige waarnemingen. Hare muren als geheel zijn hellend, maar elk deel er van is volstrekt vertikaal, zooals ook het geval moet zijn voor nauwkeurige waarnemingen.

Door de sterrenkundige waarnemingen, zou hij op een mijl na de plaats hebben leeren bepalen, zooals zijn kapitein zulk elken dag deed, waar de Pelgrim zich bevond, zoowel als den afgelegden weg en den weg die nog afgelegd moest worden! En nu moest hij geheel op gegist bestek varen, dat wil zeggen: zich alleen op de log en het kompas verlaten, waarvan hij de miswijzing in rekening kon brengen.