United States or United Arab Emirates ? Vote for the TOP Country of the Week !


«Dat bevalt mij nietzei de keukenkat. «Mij ook nietzei de kamerkat, «doch ik zal het mij maar niet aantrekken! Babette kan zich immers met dien roodbaard verloven! Maar die is hier ook niet meer geweest, sedert hij op het dak wilde klimmen

Moesten wij afgaan alleen op het ontbreken van handschriften uit de 13de en 14de eeuw, waarin het gedicht is bewaard, dan zou men moeten aannemen dat het weinig of niet bekend is geworden. Maar de afkeurende critiek van ernstige mannen als WILLEM VAN AFFLIGHEM en MAERLANT bewijst wel, dat de roodbaard in ruimer kring sympathie vond dan hun lief was.

Daar hoorde hij Droll voorbijloopen, en zag, dat Old Firehand den terugtocht aannam naar het vuur. Daar Droll zich in een richting bewoog, niet op het blokhuis aan, was het natuurlijk, dat de roodbaard wel die richting insloeg. Om niet met zijn gelaat tegen de boomen aan te loopen, liep hij met zijn handen vooruit en richtte zijn schreden naar de hoogte.

Zij behoefden niet lang te zoeken, want juist daar, waar zij stonden, lagen drie booten aan den wal gemeerd. Het waren op zijn Indiaansch van boomschors vervaardigde en met hars waterdicht gesmeerde kano's, ieder met plaats voor vier personen. "Hangt de twee andere achteraan," gebood de roodbaard. "Wij moeten die meenemen, om niet vervolgd te worden: later kunnen wij die kapot slaan."

"Maar dan zal hij zich later anders bedacht hebben, Bill!" "Hoe komt gij op dat vermoeden, sir?". "Waar waren de gevangen Osagen vastgebonden?" "In de nabijheid van het vuur, waar de roodbaard zat." "Hebben zij gehoord wat er gesproken werd?" "Ja." "Ook dat de boerderij van Butler overrompeld zal worden?" "Dat ook, ja." "Welnu!

"Zij vermoorden hem!" zeide Old Firehand nog altijd fluisterend. "Gezwind er op los, tot midden onder hen. Geen genade voor wien zich verweert!" Hij sprong overeind, rende op het vuur aan, smeet drie of vier tramps op zij, om bij den roodbaard te komen, die, zooals reeds gezegd, juist den genadeslag aan zijn slachtoffer meende te geven.

"Ja, eerlijke mannen zijn wij, zeer eerlijke mannen," lachte de roodbaard. "Maar gij hebt kort geleden een der onzen doodgestoken, en volgens de wetten van het Westen schreit dat om wraak. Bloed om bloed, en leven om leven. Gij moogt zijn wie gij wilt, maar het is gedaan met u!" "Wat? Wilt gij mij vermoorden?" "Ja, zooals gij onzen kameraad vermoord hebt.

Maar al te spoedig echter zou hij tot de ontdekking komen, dat de moordenaar zich niet lang in den omtrek van zijn schanddaad had opgehouden, maar teruggekeerd was, en het spoor van den vluchteling gevonden had. Engel had een hoogte beklommen, en zag, toen hij even omkeek, dat de Roodbaard hem dicht op de hielen zat.

Westendorp Jaarb. op 1112. Als voren op 't jaar 1143. Onder de namen bekend van Frederik I, Aenobarbus, Roodbaard, ook Keizer Frederik de Groote. Dit verhaal komt hoofdzakelijk overeen met het Jaarboek van den Heer Westendorp, de vermelding op den jaare 1160, en andere Schrijvers. Of van de St. Cistercie-orde.

Hij zat daar, waar de lijken lagen; hij had met zijn hoofd op een hunner gelegen. Toen de Missouriër hem optilde en dwong om half overeind te zitten, had het verstijfde lijk, waarop hij gelegen had, een min of meer rollende beweging gemaakt, die niemand bevreemden kon, daar het door het gaan-opzitten van den roodbaard zijn steunpunt verloren had.