United States or Bhutan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen hij dit gedaan had en teruggekeerd was, ontdeden Droll, Bill en de Uncle zich van hun bovenkleeren, en daalde in het kanaal af, waartoe hun een lantaarn meegegeven werd. Het bleek, dat het water hen tot aan de borst reikte. Zij namen de geweren op schouder, en maakte de messen, revolvers, en den zak met kruit en lood om hun hals vast. De lange Gunstick-Uncle ging met de lantaarn vooruit.

»Wanneer moet het gebeurenvroeg Nancy, en hield hiermee den een of anderen razenden uitroep van Sikes tegen, waarin deze zijn afkeer wilde uitdrukken voor Fagin's betuiging van menschelijkheid. »Jazei de Jood, »wanneer moet 't gebeuren, Bill?« »Ik heb met Toby plan gemaakt voor overmorgen nachtantwoordde Sikes gemelijk, »als hij 't tegendeel niet van me hoort

O ! 't kon niet beter treffenDe oude man sloeg de armen over elkaar, trok zijn hoofd in zijn schouders en verkneukelde zich van pret. »Onszei Sikes. »Van jou, meen je.« »Misschien meen ik dat wel, beste jongenzei de Jood met een schrillen lach. »De mijne, als je wilt, Bill

Zoodra zich, gelijk in het vorige hoofdstuk verhaald is, bij de paarden het geschreeuw deed hooren, was voor Bill, den uncle en den Engelschman het oogenblik gekomen, om hun lijf te bergen. Zij waren, zoo snel als de duisternis toeliet, door het bosch naar hun paarden geijld. Dat zij niet gemist hadden, was louter aan de scherpzinnigheid der beide jagers te danken.

"Hoe ver is het nog, als wij dwars het bosch doorgaan, eer men dien hoek bereikt?" vroeg de lord. "Als wij aan den ingang van het bosch zijn, hebben wij nog een kwartier gaans, om aan het bivak der tramps te komen," verklaarde de Roodhuid. Nu liet Bill zijn paard stilstaan, steeg af, en ging zonder een woord te zeggen in het gras zitten.

"Gisteren is een vriend van mij gestorven, zegt Bill; hij wordt van middag begraven: eene mooie begrafenis. Gaat ge hem ook de laatste eer bewijzen? Neen, Mijnheer; ik behoor niet tot zijn maatschappij. Wat bedoelt ge? De begrafenis-maatschappij. Iedere zwarte is lid van twee of drie dezer maatschappijen. Hij moet daar veel voor betalen. Als hij sterft, krijgt hij dan ook eene mooie begrafenis."

»Ben jij 't Billzei het meisje met een uitdrukking van blijdschap om zijn terugkomst. »Ik ben 't,« was het antwoord. »Sta opEr brandde een kaars, maar de man rukte ze van de kandelaar en gooide ze onder het haardrooster. Toen Nancy het flauwe daglicht buiten zag, stond zij op om het gordijn open te trekken. »Laat datzeide Sikes, terwijl zijn hand haar tegenhield.

Ik weet, wat hij zeggen wil, Bill; hij hoeft zich om mij niet te geneerenDe Jood aarzelde nog. Sikes keek met lichte verwondering van den een naar de ander. »De meid zit je niet in de weg, wel Faginvroeg hij eindelijk. »Je kent haar lang genoeg om haar te vertrouwen of de duivel zit er achter. Zij is der geen om te kletsen. Is 't wel, Nancy

"Wij konden er verder niet een van hen dooden; want als wij onze paarden wilden hebben, mochten wij ons niet bij de menschen ophouden: maar er zullen nog vele naar de eeuwige jachtgronden verhuizen, om de schimmen der Osagen te bedienen." "Wilt ge u dan wreken?" vroeg Bill. "Waarom doet mijn blanke broeder zulk een vraag? Zijn er niet acht Osagen gevallen, wier dood gewroken moet worden?

"Ja, daar heeft hij zeer verstandig aan gedaan; want hoe eer wij weten wat de tramps van plan zijn te doen, des te eer kunnen wij onze maatregelen daarnaar nemen. Ik zal u ons plan in zijn geheel meedeelen." Old Firehand beschreef den kleine al de bijzonderheden, waarop men bedacht moest zijn, en waarmee men rekening te houden had. Bill luisterde aandachtig, en zei toen: "Uitstekend sir!