United States or South Sudan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij had, wat natuurlijk onvermijdelijk was, de Prinses met den dood van Ravenski in kennis gesteld, maar er van gesproken als van een moordaanslag, welks daders hij op 't spoor was. Het leek hem overbodig de Prinses de overige bizonderheden te vertellen, en ook wilde hij liever het gebeurde met de duif voor haar verborgen houden.

Zabern, vermoedend dat Ravenski een list voor had, doorzocht het vertrek, doch vond er niets dat kwade vermoedens kon opwekken. Er stond een bidstoel, er hing een enkele lamp; overigens was er niets wat een ontsnapping kon begunstigen. "Neem uw vijf minuten," zei Zabern. "Maar denk er aan, ik houd u in het oog. Tracht niet te ontsnappen."

Lipski diende een motie in, luidend, dat de Kamer de zienswijze der Regeering wenschte te vernemen omtrent haar gedragslijn tegenover de Russische eischen nopens het huwelijk der Prinses." "De vlegel! Natuurlijk juichten de Russen. Was Ravenski er?" "Neen. Hij waagt zich niet graag in 't gewoel, en verkoos de Opera boven de Kamer." "De lafaard! Ik wou dat ik er geweest was!" "In de Opera?

Onvermoeid had Ravenski dit nagespeurd, en hedenavond bracht Melchior, zijn handlanger, hem de zekerheid dat het Charter niet meer bestond! "Ik ben daarvan om twee redenen overtuigd," zei Melchior. "De eerste is deze. Een paar dagen geleden bracht een meisje uit den omtrek, Katina Ludovska, een bezoek aan het klooster-museum.

Het is me om 't even. Ik noem 't terechtstellen." "En mijn misdaad...?" "Ligt daar!" zei Zabern, snel den brief grijpend, waarop zijn scherp oog het adres gelezen had, en dien ook Ravenski in datzelfde oogenblik trachtte te verbergen. Zabern scheurde het couvert open. "Het bewijs van uw verraad. Er behoeft hierover geen woord meer gesproken te worden. Hier is een revolver.

"Als ik mij niet zeer bedrieg, Prinses," begon Ravenski, "hebt u zooeven van de beide Ministers, die ik het paleis zag verlaten, bericht ontvangen omtrent een gebeurtenis aan het Russische Hof, die u persoonlijk betreft." Elizabeth zag geen enkele reden om de waarheid hiervan te ontkennen, en antwoordde daarom: "Dat is zoo. Mag ik echter vragen hoe u tot die wetenschap kwam?"

Nicolaas-klooster, Melchior Obrowitch. Terwijl het verwerpen van de wet-Lipski de aandacht van de kloosters had afgeleid, was Ravenski in stilte voortgegaan het geheim uit te vorschen, dat naar zijn vermoeden achter het zoo in de gunst der Prinses staande St. Nicolaas-klooster lag verborgen.

Hij was een man van ongeveer vijf-en-veertig jaar, maar zag er veel jonger uit; zijn gelaat was streng en ernstig, maar niet onaangenaam om te zien. Den hoed afnemend, boog Ravenski diep; Elizabeth groette hem met een lichte beweging van het hoofd, doch haar gezicht nam een koele uitdrukking aan.

In het besef van het gevaar strekte Ravenski de hand uit naar een bel, die op tafel stond. Maar Zabern was hem voor. "Geen geluid! of ik schiet je neer!" "Wat wilt ge van me?!" "Je leven!" Ravenski begreep dat Zabern tot geen ander doel gekomen kon zijn; toch gingen deze beide woorden hem als met een schok door het lichaam. "Ge wilt me dus vermoorden!" hijgde hij. "Noem het vermoorden.

Ravenski was met al deze inlichtingen zeer ingenomen, maar vooral deed het hem genoegen dezen avond van Melchior te vernemen, dat hun vermoeden, als zou het Charter van Czernovië wel degelijk verdwenen zijn, zekerheid geworden was. Ravenski had dus de Prinses niet op ijdele gronden met de openbaarmaking van dat geheim bedreigd.