United States or Greenland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Otto was in den salon gaan zitten en hij tuurde op den grond met starende, vochtige oogen, toen Henk binnenkwam. Hij bespeurde een enkelen traan in Otto's blik, en in Henks gewone soezige goedheid begon iets te koken. Erlevoort! sprak hij en legde de hand op Otto's schouder. Otto richtte het hoofd op. Erlevoort! Kom kerel, wees een man!

Zeer duidelijk heeft het juist daardoor te kennen gegeven, dat het er reeds sinds langen tijd naaf gestreefd heeft, zich te scheiden van dien staat, dien nog veel van de oude verkeerde Duitsche Keizer-politiek der Otto's en der Hohenstaufens aanhing; die Italië, Hongarije enz. niet wilde laten varen; dat het zich daarentegen liet leiden door dien Noord-Duitschen staat, die, evenals eens de edele Duitsche koning Hendrik de Vogelaar, niets dan Duitschland wil.

Evenals onder de Otto's in Duitsland zijn er blijkbaar heel wat ontwikkelden onder de hoge adel geweest, die evenals de koning zelf Latijn verstonden. En het is een hele geestelike »Keltiese beweging" waar deze ijverige Britse geesteliken propaganda voor maken.

Maar zie je, ik kon niet langer bij hen blijven! O, die Betsy, die Betsy, die Betsy, ik haat haar, ik haat haar! Eline! Ik smeek je, neem nu rust! Waarom heeft ze Otto's naam genoemd! Wat heeft zij het recht Otto's naam te noemen! Ik haat haar! Ik haat haar! Eline! kreet Jeanne met gevouwen handen. Zij wierp zich voor de bank neêr. Eline, ik smeek het je, ik smeek het je bij God! wees kalm!

Eline sprak tamelijk vlug Engelsch en Howards conversatie vlotte het best met haar. Howard voerde haar in een druk gesprek, terwijl Eline aan Otto's arm, in de schaduw van haar parasol, die hij vasthield, Howard schertsend antwoordde.

Ruodlieb toont veel meer dan enig ander dokument hoezeer de geestelike Latijnse vertellingsliteratuur de voorbode was der 12de eeuwse ridderromans en die voorbereidde; in de tijd van de Otto's kenden bovendien zo veel Duitse edelen Latijn dat Ruodlieb misschien ook wel als lektuur berekend was voor de wereld der voorname leken.

En eensklaps versmolt hare vrees in een onmetelijke rust. Nu, als het zoo was, dan was het goed.... En zij begon te lachen, met onhoorbare, zenuwachtige lachjes, terwijl de dofheid op haar neêrdrukte, als met zware reuzenvuisten. Zij wilde met hare handen die vuisten afweren en hare vingers verwarden zich in een koord om heuren hals. O, dat was... dat was zijn portret: Otto's portret!

't Was hem alsof hij droomde, droomde van zijn idealen, idealen, die hij nog niet anders dan in onbestemde vormen kende; en toen hij eindelijk den strijkstok neerlei, hoorde hij onder zich in den tuin Otto's stem, die verrukt uitriep: "Dat is heerlijk, verrukkelijk! Ik gaf er alles om, als ik zoo kon spelen." "Mij ook?" vroeg Albertine lachend. "Neen, jou niet, liefste, jou niet!"

Het werd Eline zoo vol, dat zij zich een weinig oprichtte, heur lokkig hoofdje aan Otto's borst legde en zich niet weêrhouden kon hare armen om zijn hals te strengelen, en toen zij zich zoo tegen hem aan voelde, met haar boezem op zijn hart, doorschokte haar eensklaps een plotselinge snik. Mijn God, Eline.... wat.... wat is er? vroeg hij zacht.

Otto's gestalte rees haar voor den geest en zij had haar verder leven er voor willen geven, zoo hij nu tot haar had kunnen komen, zoo hij haar nu in zijn armen had kunnen wegdragen, gekluisterd aan zijn hart, naar een oord van warmte, licht, liefde en veiligheid. Zijn naam welde als een klagende kreet van angst haar op de lippen, maar zijn naam verdoofde in de angstkreten der natuur.