United States or Pitcairn Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Perceval schijnt oorspronkelik er op uit getrokken te zijn om een toverzwaard te zoeken waarmede hij de moord op zijn vader zou wreken; andere helden zochten de wonderbare ketel die weer welvaart zou brengen in een land dat onder een vloek had gelegen of die een zieke koning de gezondheid weer zou geven. En geesteliken hebben nu die Keltiese sagen in verband gebracht met kristelike legenden.

Misschien was het ook Walter Map die de merkwaardige graal-histories in elkaar heeft gezet, uit Keltiese, Oosterse en Kristelike elementen samengesteld, welke in die tijd juist in omloop kwamen. Zowel Walther als Giraldus waren kapellaans aan het hof van koning Hendrik de Tweede en ofschoon zij in 't Latijn schreven, richtten zij zich tot de hofkringen.

Zij die Latijn lazen en schreven, hadden toegang tot al de schatten van het menselik weten, en bronnen van onder elkaar wijd verschillende wereldstreken en tijden Keltiese Arthur-legenden en Griekse liefdesgeschiedenisjes, Oosterse anekdoten en Frankiese heldendichten vloden nu in de tijd der kruistochten samen in de Latijnse folianten der monniken tot een algemene Europese literatuur.

Het is duidelik dat de dichter zelf, met al zijn gevoel voor de nuchtere werkelikheid voor goed in de mysteries der Keltiese sagen-wereld bevangen is geraakt; Chrestien zowel als zijn lezers voelen dat wij ons hier eigelik in de onwerkelike wereld van het hiernamaals bevinden.

Het woord »lai", van Keltiese oorsprong, kwam in gebruik voor die berijmde novellen welke hun stof uit den vreemde haalden en die door hun karakter en hun geest zich meer in 't bizonder tot de hogere kringen richtten, spesiaal waarschijnlijk tot de dames.

De Keltiese kristelike kerk was in de 6de-8e eeuw, een tijd, verder van alle kultuur ontbloot, de enige in Europa om niet alleen aan Latijn te doen, maar ook aan Grieks; de Ierse kloosters hebben een hoofdaandeel aan het bewaren van de antieke literatuur.

De werkelikheid is in die Bretonse romans nog maar heel vaag aangegeven en veel feitelike aanduidingen over de reis krijgen wij ook niet; evenmin als in de Keltiese sagen worden er bepaalde plaatsen genoemd, de reis gaat in »la blanche lande", door »la forêt aventureuse", voorbij »l'orgueillus castel fort", en gewoonlik zijn er nog zelfs geen herbergen, waar men overnachten kan, maar klopt men bij de een of andere arme »vavasseur" aan, of slaapt in een vervallen »tour des merveilles."

Een ander haalt Keltiese sagen en mythen voor den dag of roept de antieke goden en godinnen op; maar Diana is een jagende vorstin, Echo een koningsdochter, Argus een honderd-ogige reus, aan wie een koning de taak op draagt een koe te bewaken, terwijl een ander die zeer op de hoogte is van de muziek graag de koe zou willen hebben... en evenzo wordt het Keltiese land des doods, waar de koningin door de Doodsgod heen gevoerd is, slechts als een naburig rijk opgevat, welks koning haar geschaakt heeft.

Verscheidene Keltiese sagen behandelden b.v. de verhouding der mensen in zake de liefde betreffende, tot de onsterfeliken. Mannen die b.v. uit het land des Doods opgestaan zijn of mannen uit het onderaardse feeënland die een vrouw onder de sterfeliken liefhebben. Of, gewoonlik, feeën die sterfelike mannen hun liefde aanbieden.

Er lag een geur van natuurromantiek over deze poëzie van bos, heide en oceaan en een glans en een kleurenpracht en sprookjesrijkdom over die Keltiese fantasiewereld, welke bijna de vergelijking met de Alexander- en Troje-romans kon doorstaan. En per slot van rekening leken die Keltiese sagen de Fransen meer van hun eigen vlees en bloed dan de Frankies-Germaanse epiek der baronnenwereld.