United States or Togo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wat overigens onzen "Maarschalk" aangaat maréchal de Hollande, namelyk, want na de inlyving werd-i teruggezet tot generaal ook ten zynen opzichte is het te betreuren dat wy Hollanders zoo schraal voorzien zyn van Mémoire-litteratuur, een fout die onze Geschiedenis dor maakt, en slechts begrypelyk voor de zoodanigen die, geen oordeel genoeg hebbende tot niet-begrypen, volkomen tevreden zyn met ongerymdheid.

Lambert; nu deed hij het weer, en al geloofde hij er zelf misschien maar half meer aan en Milord Maréchal eigenlijk heelemaal niet: die sprak van luchtkasteelen bouwen, maakte het hem toch gelukkig. Die dagen in Colombier leefden voort in Rousseau als de laatste herinneringen van onverdeeld geluk.

Van uit Motiers had Rousseau aan Frederik II geschreven, om hem verlof te vragen in het vorstendom Neuchâtel te wonen; ook wendde hij zich tot den gouverneur van Neuchâtel, een Schot, Lord Keith, in Zwitserland doorgaans bij zijn titel Milord Maréchal genoemd, en riep diens bescherming in.

Met de toelating tot het avondmaal zat het zóó. Het verzoek van Rousseau bracht den predikant natuurlijk in groote verlegenheid. Hem kortweg weigeren ging moeilijk: hij had vrijwillig verklaard de leerstellingen der kerk aan te nemen, hij was misschien een berouwvol zondaar; en dan, welk een eer voor den predikant om zulk een vermaard en gevierd man tot lid zijner gemeente te hebben! Aan den anderen kant: de "Geloofsbelijdenis van den Vicaire Savoyard" had toch eigenlijk weinig gemeen met het protestantisme: kon men den schrijver toelaten?... Het was een lastig geval voor dominé Montmollin.... Later beweerde hij, dat Rousseau hem had meegedeeld naar Motiers te zijn gekomen om zijn verdere levensdagen in rust en vrede te eindigen, en hem de schriftelijke belofte gegeven, niet meer te zullen schrijven. Daarop had Montmollin hem toegelaten, want zoo dit zoo was behoefde er immers geen vrees meer te bestaan voor nieuwe schandalen; Rousseau van zijn kant verklaarde, zich nooit te hebben beschouwd als gebonden door een belofte. Wel had hij aan den predikant gezegd, niet meer te zullen schrijven, maar, zooals hij het toevallig juist in dienzelfden tijd in een brief aan Milord Maréchal had uitgedrukt, die belofte van niet-schrijven was een belofte aan zichzelven gedaan, niet aan anderen, een voornemen, geen verplichting; als voorwaarde haar zich gesteld zien wilde hij allerminst. Daarom beschouwde hij het ook volstrekt niet als de schending eener belofte, dat hij in Motiers nog twee werken schreef tot zijne verdediging: de "Lettre

Onder de Rozen bevinden zich eenige soorten, zooals de bekende Maréchal Niel, waarvan de krachtige scheuten in het geheel niet gesnoeid mogen worden; men verwijdert slechts het doode en te zwakke hout. Gewoonlijk snoeit men naar den groei der bepaalde soorten.

Aan al zijn vrienden schreef hij kortere of langere epistels, aan du Peyrou, aan d'Ivernois, aan de Malesherbes, aan Mme de Boufflers, aan Mme Verdelin, aan Milord Maréchal, aan Guy, zijn hollandschen uitgever, om zich te beklagen over Hume, die, samenzwerend met zijn bitterste vijanden, hem naar Engeland had gelokt om hem daar schandelijk te behandelen, van alle verkeer met de buitenwereld af te snijden en te doen omkomen van verdriet en ellende.

Helaas werden het al te gauw herinneringen: Milord Maréchal kreeg moeilijkheden met de Zwitsers en verliet Neuchâtel 't jaar nadat Rousseau zich in Motiers had gevestigd; hij ging eerst naar Schotland, toen riep Frederik II hem naar Potsdam. Rousseau heeft hem nooit teruggezien.

Ik heb aan hun ontvangst de aangenaamste herinnering en wij gingen weg met veel kostbare geschenken en heerlijke, welriekende rozen, die even goed in ons oude Frankrijk hadden kunnen bloeien als in Ispahan; maar Rajkot is niet het land der rozen, en in Kathiawar zijn de Gloire de Dijon en de Maréchal Niel zeldzaamheden.

Van de corvée om de rijzweep te zoeken zijt gij verschoond; vandaag fungeert gij als maréchal de logis;" en haar slaaf bij den arm nemende, zonder een blik op mij te werpen, verliet zij met hem het vertrek. De generaal scheen zijn best te willen doen om den ongunstigen indruk weg te nemen, dien hij meende dat ik van Francis moest hebben opgevat.