United States or Bouvet Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het vee van den rijke was altijd gezond: de paarden waren sterk, de koeien gaven veel melk, de schapen zaten dik in de wol, de varkens dik in het vet. Maar bij den arme kwam er telkens ziekte onder het vee. Dan stierven de beste paarden, de mooiste koeien en schapen, de vetste varkens. En de arme had hoe langer hoe minder geld, om nieuwe te koopen: de ruime stallen werden leeger en leeger.

En dus begonnen ze, de een na den ander, af te rekenen met den kelner en lieten zich hun jassen opgeven en liepen zwaar-loom 't koffiehuis uit. En langzaam aan, drentelend, in een ongeregeld, woelig troepje, luid pratend en lachend, trokken ze de nu leeger en donkerder geworden Kalverstraat uit en den Dam over. Bernard kende de Nes natuurlijk. Hij wist waar ze heengingen.

De grafkransen ritselen in de duisternis en hard klinkt het spitten met de spaden. Geleidelijk wordt het graf leeger, en de aardkluiten daarnaast hoopen zich steeds meer op. Nu hoort men een dof geluid, ze zijn tot aan het deksel der doodkist gekomen. Treurig flikkert het schijnsel eener lantaarn uit het vochtige graf.

Op 't schande leeger, mij toegedacht, liggen ze zelf eens, niet heel zacht, en ik kan hen, met alle vergeevingsmacht, van die zelfgespreide bedden in der eeuwigheid niet meer redden. Dichter en Geleerde. De Dichter is een neuswijs kind, dat Leeven zoekt waar 't niemand vindt. Hij spreekt met bergen, maan en zon alsof dat alles leeven kon.

Door volle straten holde zij voort, waar groepen menschen begeerig de gelegenheid aangrepen om mee voort te dringen. »Dat mensch is gekzeiden de menschen en keerden zich om, om haar na te kijken, terwijl zij voortholde. Toen zij in het rijkere deel van de stad kwam, waren de straten veel leeger en hier wekte haar haastige voortdringen nog meer opzien bij de voorbijgangers.

Maar de straten werden leeger; de winkeltjes zijn gesloten en van grendels voorzien, en de kooplui zijn naar hun woningen gegaan in ver verwijderde wijken. Een groote troosteloosheid breidt zich over de stad uit, die nog slechts eenige oogenblikken geleden zoo druk was en nu in het roode licht der ondergaande zon als uitgestorven scheen.

Toen in den tooren, onder der starren schare, booven de gescepterde dooden, de leevende werkers, elk in zijn leeger van ruste, zag hij 't aanweezen eens Engels, die zeegende zorg en rust, de Engel van Vreede onuitspreeklijk. Pax in aeternum Deï. Langsaam verstomde de klok in den luistrenden nacht. Vrees niet.

De zak werd leeger en leeger, en toen kon de soldaat niet meer naar 't paardenspel gaan, en niet meer naar 't bal, en niet meer in zoo'n mooie kamer wonen.

Een handvol koude steenen Gij wischt, ontroerd, uw tranen af: Als de oude vrienden zijn verdwenen, Schijnt hun verlaten huis u leêger dan hun graf! Wil het kleine niet versmaden: 't Is de bron van groote kracht. Kan hij de Eeuwigheid gewinnen, Die het Oogenblik veracht? Uit een vonkjen onder de assche Rijst de blakerende vlam; Uit het weggeworpen zaadtjen Kiemt de statige eikenstam.