United States or Chile ? Vote for the TOP Country of the Week !


En glimlachende wees zij naar mij en de roovers ontzetten van wat zij zeide. Die ezel? vroeg Dionyzius. Die ezel heet Charmides en is de zoon van een anderen ezel, die Lyzias heet en in Epidaurus woont? De roovers, door hunne verbazing, barstten in bulderenden lach uit. Charmides, o edele heeren, zei Charis argeloos en tevens zoo als spreekt een maagd van aanzien; is geen ezel.

Charmides, Lyzias' zoon, uit Epidaurus? vroeg de dwerg, bont gedost, terwijl ik, tusschen mijne vrienden, neêr zat onder het rozenpriëel, nog in wijden badmantel omplooid. Die ben ik, zeide ik. Wat wil je, dwerg? Uitnoodiging over brengen, van mijne meesteres, Meroë, voor dezen avond, en tevens aan allen, die gij in uw gevolg wilt mede nemen, zeide de dwerg.

Zoodat ik, ingetrokken mijn achterdeel van pijn, verontwaardigd voorwaarts stoof.... Twee, drie, vier andere knuppelslagen regenden over mijn rug en er was niet meer aan zilverasters te denken. Ik was niet meer Charmides, Lyzias' zoon, uit Epidaurus: ik was een ezel, onbeheerd en door lage slaven, ontevreden houthakkers, gevangen genomen! O, de gruwelijkheid van dien winter!

En ik zag Meroë aangedragen en zij riep: Ik herken je, ik herken je, o Charmides, o koopmanszoon uit Epidaurus, o reiziger in purper en parels, al herschiep mijn dienende geest je in een ezel, elken keer, dat je verliefd werdt!

Nadat hij echter door zijne mishandelingen den dood zijner gemalin Melissa veroorzaakt had, waardoor hij zich een oorlog met zijn schoonvader Procles, tyran van Epidaurus, op den hals haalde, gaf hij zich, naar men wil, aan dronkenschap over en vertoonden zich bij hem blijken van gekrenkte geestvermogens.

De man, die het zwaard had ingeslikt, hield een appel omhoog. En het meisje schoot met de teenen, armen steeds gekruist en liggende, hoepelrond op den buik, den pijl af, in den appel. Er was bewonderend gejuich en applaus en ik, Charmides, zoon van Lyzias van Epidaurus, en die reisde in purper en parels, wierp enkele geldstukken op het tapijtje. Ach, Charmides! riep de zieke Aristomenes.

En bij het stralen van 't gewenschte licht Werd ook de zee weer rustig en wij zagen Twee schepen uit de verte tot ons naad'ren, Een van Corinthe en een van Epidaurus. Doch eer ze er waren, o, verlang niets meer; Gis, uit wat voorging, noodlots ommekeer. HERTOG. Neen, oude, breek niet af; want mededoogen Mag ik u schenken, schoon genade niet.

Piraeus, Peiraios, open haven op de Oostkust van Corinthia, nabij de grens van het gebied van Epidaurus. De Atheners hielden hier in 412 eene spartaansche vloot ingesloten. Piraticum bellum. Wel waren nu en dan verschillende kuststreken, waarvan de inwoners zeeroof dreven, getuchtigd, doch eerst in 67 werd tot een algemeenen maatregel besloten.

Toen de barbaren uit het Oosten naar het Westen drongen, vernielden zij op hun weg al die bloeiende en prachtige steden, waarvan wij nog de verstrooide ruïnen aanschouwen: Scardona, Salona, Epidaurus, Nona, Promona en zoovele anderen.

Maar Charis zeide mij teeder, terwijl zij opzag in mijn menschelijke oogen: Mijn lief, ik herken je blik... Van den eersten keer, dat ik je zag... Het was bij de poort van Hypata... Het was buiten de stad, op den heirweg... Je liep naast mijn draagstoel voort... Je blik, je lieve blik staarde mij toe... Ik had je lief, ik had je lief om dien blik... Toen... toen verdween je.... O je verdweent!! En een slaaf riep luide ons van zijn rijdier toe, dat wie verdwenen was, Charmides heette en de zoon was van Lyzias uit Epidaurus!