United States or Antigua and Barbuda ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nu in 't voorjaar was er geen dag voorbijgegaan, dat zij niet naar den steen op den top van den Brobyheuvel gegaan was en den weg langs gekeken had of hij niet komen zou. En nieuwe kleeren had zij voor hem gereed, thuisgeweven kleeren, waarvan zij zelf 't grootste deel gemaakt had. Zie, aan dat alles kon men wel merken, dat hij gewacht werd, al zeide ze ook niets.

Zoodra er steenen op den weg liggen en de rit moeielijk wordt, weten ze niets beter te doen, dan den wagen om te werpen en door te hollen. Op een kouden Decemberdag kwam een bedelaar den Brobyheuvel op. Hij was gekleed in de ellendigste lompen, en zijne schoenen waren zóó versleten, dat de koude sneeuw zijn voeten nat maakte.

En tot zekere hoogte beantwoordt hij dan ook aan haar ideaal van manlijkheid. Hij is rechtschapen en waarheidlievend. Hij heeft nog nooit zijn woord gebroken. Zij houdt hem voor een echten edelman. Den achtsten Maart viert de leenman Scharling zijn verjaardag, en dan wemelt het van gasten, die den Brobyheuvel bestijgen.

En op den middag komt dan de zware wagen den Brobyheuvel opschommelen. En het kleine oude dametje zit er aan te denken of er nu niet weer een nieuwe tegenspoed komen zal, en of het nu werkelijk waar is dat zij de eenige vreugde van haar leven genieten zal. En daar draait de koets de pastorie in, maar houdt stil in het hek. Het groote hek is te klein, de koets te breed.

De Majoor neemt de uitnoodiging aan, want, denkt hij, de organist zal wel een sleutel van de kerk hebben. En zoo gaan ze den Brobyheuvel op, waar de kerk, de pastorie, 't huis van den organist en dat van den koster bij elkaar liggen. "Bitte, bitte," zegt de kleine Faber, terwijl hij en de Majoor zijn huis binnentreden. "U moet 't eenvoudige voor lief nemen.

Zij gaat naar buiten, zet zich in de slee en rijdt weg. Háár vervolgde niemand, en niemand weet ook waar zij heen rijdt. Don Juan draaft den Brobyheuvel af, naar het toegevroren meer. Het fiere dier vliegt over den weg. Versterkend giert de ijskoude wind om de wangen van den rijdenden. De bellen klinken. Maan en sterren schijnen blauwachtig, wit ligt de sneeuw in 't rond en glanst en schittert.

Zij heeft hem gekend in haar jeugd. Zij hadden elkaar liefgehad, terwijl hij huisonderwijzer was op het buiten van haar vader, maar haar trotsche familie belette het huwelijk. En nu komt zij den Brobyheuvel oprijden om hem te zien, vóór zij sterft. Alles wat het leven haar nog geven kan is den geliefde van haar jeugd weer te zien. De deftige oude dame zit te droomen in haar koets.

Zij rijdt niet den Brobyheuvel op naar een kleine, armoedige pastorie. Zij is op weg naar 't koele, donkere prieel beneden in 't park, waar haar geliefde wacht. Zij ziet hem voor zich! Hij is jong, hij kust haar, hij heeft haar lief. Nu ze weet dat ze hem zien zal, stijgt zijn beeld voor haar op met wonderlijke helderheid. Hoe mooi is hij toch.

Niemand weet hoe lang hij daar lag, maar er was nog leven in hem, toen het dochtertje van den predikant te Broby langs den weg kwam loopen, met een lantaarn in de hand, en hem in de sneeuw aan den kant vond. Zij had uren op hem gewacht. Nu kwam zij den Brobyheuvel afhollen, om te weten te komen waar hij toch bleef.

Waarom sluit Gij de deur van mijn huis voor me?" En hij ging heen van zijn huis. Hij geloofde dat het Gods wil was. Toen de zon opging, stond hij op den Brobyheuvel en zag neer in het dal. Ach, toen wisten de arme dalbewoners niet, dat hun redder nabij was. Geen behoeftige of bedroefde had groene kransen gevlochten en die aan de deur van zijn hut gehangen.