United States or Madagascar ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zooals een paard dat in de weide komt, en 't verliest zacht 't donkerbruin winterhaar, doordat het strookt door de fijne landlucht. Zoo holde zij door 't groene dagelicht. Tintlend was 't of nu hier dan daar op d' huid een plekje nieuw ontplook. Was dat de lucht die 't deed, de wind? of kwam het uit haar zelf? Was het haar ziel was het haar nieuwe ziel?

In het begin van de lente valt het dichte winterhaar uit en wordt vervangen door korte, effen grijze haren; hiertusschen komen langzamerhand andere haren te voorschijn, welker witte spitsen het grijze haar meer en meer verdringen, totdat eindelijk het geheele dier witachtig grijs, bijna vaal, geworden is, en zijn kleur in hooge mate overeenkomt met die van vuile sneeuw bij dooiweder.

Het winterhaar valt in dezen tijd zoo snel uit, dat het "verharen" reeds binnen een maand grootendeels afgeloopen is. Langzamerhand worden de uitgevallen haren vervangen; eerst na het begin van September of October beginnen de nieuwe haren zich sterk te verlengen. De haren van de manen en den staart blijven onveranderd. Het Paard is aan vele ziekten onderhevig.

Het winterhaar kan men met kameelwol vergelijken, het zomerhaar is uiterst glad en fijn. De rechtopstaande manen bestaan uit zachte, wollige, ongeveer 10 cM. lange haren; de kwast aan den staart wordt meer dan een span lang. Door zijn levenswijze herinnert de Onager aan den Koelan. Een hengst is de aanvoerder van de kudde, die uit merries en veulens van beiderlei geslacht bestaat.

Een inwendigen drang om binnen elk jaar eenmaal dikker en eenmaal dunner haar te verkrijgen bezit de organisatie der zoogdieren niet. Worden deze bijv. verplaatst naar klimaten, alwaar het des winters warm is, zoo verkrijgen zij aldaar geen winterhaar; terwijl, naar de poolstreken verplaatst, zij wel gedurende den aldaar maanden langen dag in slaap vallen.