United States or Norfolk Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


De insluiting van den IJssel, welke rivier volgens het plan van Diggelen door breede stroombanen langs en door de droogmaking zou worden geleid naar de bij Terschelling en te Petten te bouwen uitwateringssluizen, werd evenwel toen ter tijde een onoverkomelijk bezwaar tegen de onderneming geacht, en dit was oorzaak dat het plan langen tijd bleef rusten.

Voor de uitwaterings- en scheepvaartsluizen in de afsluiting is geen betere plaats aan te wijzen dan de oostpunt van Wieringen bij het dorp Den Oever, tegen welke plaats ook ten aanzien van de belangen der militaire verdediging geen bedenking bestaat. De uitwateringssluizen, met eene gezamenlijke wijdte van 300 M., zullen worden aangelegd in vijf groepen, elk van zes sluizen.

Wij vervolgen onzen tocht langs den hoogen rivierdijk, die het heerlijkste grasland van Delfland in het zuiden begrenst, en zien aan den anderen kant van ons over het breede, statige water van het Scheur de dijken en dorpjes van het jonge Rozenburg opdoemen. Weldra bereiken wij Maassluis, een jonge stad, ontstaan bij een der uitwateringssluizen van Delfland in de Maas.

Het denkbeeld van een achter den afsluitdijk gelegen groot binnenmeer, dat de wateren van den IJssel met die van de overige binnengesloten rivieren, boezems en polders opneemt, en gedurende enkele dagen, waarop de loozing door de uitwateringssluizen wegens hoogen zeestand belet wordt, kan bergen, zonder dat, ook bij het grootste waterbezwaar, de waterstand van het meer tot een nadeelige hoogte stijgt, is, hoewel ook vroeger ter sprake gekomen, voor het eerst ernstig onderzocht door de Zuiderzeevereeniging, waarbij de uitvoerbaarheid van het denkbeeld duidelijk aan het licht trad.

Zooals in het bovenstaande reeds werd opgemerkt, worden in verband met de afsluiting geen andere werken tot voorziening in de belangen der afwatering vereischt, dan de uitwateringssluizen op Wieringen, die in het plan van de afsluiting zijn opgenomen. c. de scheepvaart.

Een tweede, indirect, gevolg van de onvoldoende aanvulling van den boezem is dat, uit vrees voor te groote daling van den boezemstand, de uitwateringssluizen, waardoor de boezem op de zee wordt afgestroomd, vaak vroeger moeten worden gesloten dan met het oog op eene goede afwatering wenschelijk is, waardoor bij ongunstige verandering van weersgesteldheid overlast van water kan ontstaan.