United States or Cameroon ? Vote for the TOP Country of the Week !


Indien echter de loozing door de sluizen op Wieringen door stormvloed gedurende eenige achtereenvolgende tijen wordt belet, en in het algemeen indien gedurende eene eenigszins langere periode de afvoer van de sluizen door den aanvoer van den IJssel en de andere bronnen van waterbezwaar wordt overtroffen, zal de gemiddelde waterstand van den afgesloten zeeboezem boven het aangenomen peil kunnen rijzen, en wel hooger naarmate de ongunstige verhouding tusschen aanvoer en afvoer sterker is of langer aanhoudt.

Ofschoon bij uitvoering van de vier door de Staatscommissie aangegeven inpolderingen de oppervlakte van het IJsselmeer van 360.000 H.A. tot 145.000 H.A. zal worden teruggebracht, en dan een gelijk waterbezwaar op den zooveel kleineren boezem een sterker rijzing zal veroorzaken, zoodat onder ongunstige omstandigheden hoogere waterstanden op het IJsselmeer te verwachten zijn dan zonder inpoldering zullen voorkomen, zoo zal toch, naar de Staatscommissie aantoonde, ook dan nog eene verbetering worden verkregen in vergelijking met de thans voorkomende hooge waterstanden, terwijl in normale omstandigheden de verbetering van de waterloozing, door het constante lage peil verkregen, even groot zal zijn als zonder inpoldering.

Ten einde de gelegenheid tot waterinlating nog gemakkelijker te maken, zal de waterstand van het IJsselmeer, die als regel op 0.40 M. N.A.P. is aangenomen, in droge tijden tijdelijk kunnen worden opgezet tot 0.20 M. N.A.P., hetgeen alsdan zonder hinder voor de afwatering zal kunnen geschieden, indien slechts gezorgd wordt, dat bij te verwachten waterbezwaar de boezem tijdig tot de normale hoogte wordt afgestroomd.

Het denkbeeld van een achter den afsluitdijk gelegen groot binnenmeer, dat de wateren van den IJssel met die van de overige binnengesloten rivieren, boezems en polders opneemt, en gedurende enkele dagen, waarop de loozing door de uitwateringssluizen wegens hoogen zeestand belet wordt, kan bergen, zonder dat, ook bij het grootste waterbezwaar, de waterstand van het meer tot een nadeelige hoogte stijgt, is, hoewel ook vroeger ter sprake gekomen, voor het eerst ernstig onderzocht door de Zuiderzeevereeniging, waarbij de uitvoerbaarheid van het denkbeeld duidelijk aan het licht trad.