Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 mei 2025
Hunne verdeeling in soorten berust op het onderzoek van den schedel en hunne tandvorming; zij verschillen niet zóóveel, of men kan nog begrijpen, dat zij gemeenschappelijke stamouders bezaten. Opdat onze lezers zelf over die verwantschap kunnen oordeelen, geven wij in fig. 284 en 285 de fossiele geraamten weer, wier vergelijking ons als het ware eene openbaring is van hunne afstamming.
Daar er in het algemeen verband bestaat tusschen de ontwikkeling der hersenen en het verstand, mag men aannemen, dat de oudere zoogdieren minder verstand hadden dan die van onzen tijd. Het fossiele dier, dat door zijne ledematen en zijne tandvorming het meest tot de dinoceratiden nadert, is de coryphodon; maar toch is het nog ver van de dinoceratiden verwijderd.
De diplodocus was 14 meters lang en geleek in ledematen en gang veel op den brontosaurus; de kop was klein, hij leefde in het water, en de tandvorming was onvolkomen, achter in de kaak ontbraken de tanden; het was een grasetend dier. De schedel was klein, zooals bij alle dinosauren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek