Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juni 2025
Kapelanen, heft den Psalm aan: Quare fremuerunt gentes? Ridders, knapen en dienaren van den heiligen Tempel, bereidt u om de banier van Beau-Séant te volgen!" De Grootmeester sprak met eene waardigheid, welke zelfs die van Engelands Koning evenaarde, en zijn verrasten en verschrikten aanhangers moed inboezemde.
Een der kapelanen, die den dienst van schrijvers bij het Kapittel waarnamen, schreef dadelijk het vonnis in een groot boek, de handelingen der Tempelridders bevattende, wanneer zij bij plechtige gelegenheden vergaderd waren; en toen hij met schrijven gedaan had, las een tweede met luider stem het vonnis van den Grootmeester, dat uit het Normandisch-Fransch vertaald, aldus luidde, voor: "Rebekka, eene Jodin, de dochter van Izaäk van York, beschuldigd van tooverij, verleiding, en andere verdoemelijke kunsten, die zij op een ridder van de zeer Heilige Orde van den Tempel van Sion heeft uitgeoefend, loochent dit, en zegt, dat de heden tegen haar afgelegde getuigenissen valsch, boosaardig en onwaar zijn; en dat zij, wettig verhinderd door haar geslacht, in hare plaats een kampvechter stellen zal, om hare zaak te verdedigen, die zijn ridderlijken plicht vervullen zal met zoodanige wapens, als een gevecht vordert, en dat op hare kosten en gevaar.
Bij plakkaat van den 16 Maart 1776 stelden zij vast, dat het der R. K. gemeenten in deze provincie vergund zou zijn, onder goedkeuring van het plaatselijk bestuur, alléén wereldlijke Priesters en Kapelanen aan te stellen, die beloven moesten, geene stellingen te zullen leeren, welke het regt van- en de gehoorzaamheid aan de oppermagt der hooge Overheid konden krenken; alsmede, dat zij geregtigd zouden zijn, op naam en ten behoeve van kerken, geestelijken en armen, vaste goederen te bezitten, te erven en aan te nemen.
Op een verheven gestoelte, vlak voor de aangeklaagde, zat de Grootmeester der Tempeliers, in een wijd, ruim, wit kleed, vol plooien, in zijn hand den mystieken staf houdende, waarop het zinnebeeld der Orde prijkte. Vóór hem stond eene tafel, waaraan twee schrijvers zaten, de kapelanen der Orde, wier plicht het was om hetgeen voorviel behoorlijk ten protocol te brengen.
Vooral het armbestuur was verrukt. Nieuwe kapelanen waren gewoonlijk een ware beproeving voor hen: d
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek