United States or Paraguay ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij hebben slechts een voornaam en hun vaders naam dient hun als familieaanduiding. Zoo heeten ze Hanssen, Jenssen of Arnoldsen, zoon van Hans, Jens en Arnold. De meest voorkomende voornamen zijn Olaf, Jakob, Peter, Ole, Bille, Nils, Andreas, Jens, Isak, Harald, en voor de meisjes, Nicline, Elsa, Conradine, Karen, Thurid, Olifa, Sigrid, Olewine, Gudrid, Gudrun, Maren, Astrid, Borgil.

Nou mot jei.... Siempie ... schobber uytjouwe ... hitste ze naar Sien,... en jei ... leileke neitekles! roepe ... en den.... sèl ikke.... sie je.... sèl ikke je arrestere.... bei Swèrte Jèns haur ... ikke bin peliesies.... Enne ... enne ... jei bin auk peliesies ... haur!... stookte ze Siempie op.

Eene andere sylter Friesin, in 1766 levende, heette Moiken Manne Jens Eben, dat is: Moiken, de dochter van Manne, de zoon van Jens, de zoon van Ebe. Deze vrou torschte dus nog den naam van haren overgrootvader. Dit zonderlinge gebruik vindt zynen oorsprong in d'omstandigheid dat de bevolking op de friesche eilanden veelal en veelvuldig onderling verwant is, en daar by gering in aantal.

"Op de vraag van de engelen," riep een kleine roodharige jongen, die achteraan bij den kachel zat. "Juist, Jens Hansen. Er zijn twee soorten van engelen, n.l. goede en booze, maar God is één niet waar, Ole Martinius?" "Slechts één eenig God," antwoordde Ole Martinius Pedersen, die een van de knapste op de lange bank was. "Hoe heeft het Goddelijk wezen zich in de schrift geopenbaard?"