Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Oken, de overeenkomst tusschen de Apen en den mensch besprekend, zegt: "De Apen gelijken op den mensch, voor zoover deze slechte gewoonten en onhebbelijkheden heeft. Zij zijn boosaardig, valsch, listig, diefachtig en onwelvoeglijk; zij leeren een menigte potsen maken; maar zijn ongehoorzaam, en bederven dikwijls de pret door midden in het spel een onbeschofte kwajongensstreek uit te halen.
Hij durfde zich nooit meer vrij uiten, hij leed altijd honger, hij voelde zich aldoor afschuwelijk bekneld. Als een knecht behandeld, als een slaaf verschopt, leerde hij de ondeugden van knechten en slaven. Hij werd lafhartig, wrokkig, diefachtig, verleugend. Zijn gemoed verhardde, zijn liefkoozend wezen sloot zich in verbitterde zwijgzaamheid, zijn levendige aard versufte.
Als wij soms in een dier huizen ons maal gebruikten, zochten de roovers twist met ons; en daar zij steeds met hunne dolken gewapend waren, was het onze zaak op verdediging bedacht te zijn; gingen wij aan tafel zitten, dan lieten wij steeds duidelijk den loop onzer pistolen blinken en daarmede hielden wij hen, die even lafhartig als diefachtig waren, op een eerbiedigen afstand.
"Zij zijn diefachtig van aard genoeg, om dat schelmstuk uitgevoerd te hebben! De arme drommels hadden evenwel het vertrek reeds verlaten, vóór dat John Watkins zijn toast uitbracht, daar hunne diensten niet meer benoodigd waren. Zij zaten buiten neergehurkt rondom een groot vuur, dat in de open lucht ontstoken was.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek