United States or Papua New Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


In de meeste gevallen wordt de spijs verslonden op den dag, waarop zij verworven werd; enkele Vogels echter bijvoorbeeld Klauwieren, Spechten en Boomklevers brengen een voorraad proviand bijeen en bewaren deze op bepaalde plaatsen; zij hebben dus echte voorraadschuren, waaruit ook gedurende den winter geput wordt.

Wel stierven er ook bij mij eenige, ondanks de zorgvuldige verpleging; het is echter aan geen twijfel onderhevig, dat deze aardige Vogels in de kooi grootgebracht kunnen worden." Deze familie wordt in twee onderfamiliën verdeeld: de Boomklevers en de Boomloopers in engeren zin. Het anatomisch onderzoek wijst een groote overeenstemming in lichaamsbouw aan tusschen deze en de overige Zangvogels.

Gedurende den zomer beweegt hij zich in een niet zeer uitgestrekt gebied; in den herfst en den winter zwerft hij over een grootere uitgestrektheid rond en leeft dan gewoonlijk in gezelschap van Boomkruipers, Boomklevers, Meezen en Goudhaantjes. In den zomer duldt hij in zijn gebied geen van zijne soortgenooten.

De Boomklever brengt niet vele noten op één plaats, maar steekt den eenen hier weg, den anderen ginds, ongetwijfeld, opdat zijn geheele rijkdom niet in eens verloren zal gaan. Eens werd het stroodak van een boerderij in deze streek door een Boomklever als bewaarplaats voor noten gebruikt." Haacke heeft gezien, dat gevangen Boomklevers hennepzaden in het zand van de volière drukten.

Als onze oude edeldennen rijpe zaden hebben, zijn hunne toppen een gezochte verblijfplaats voor de Boomklevers. De afgevallen zaden zoeken zij van den grond op, de gerst en de haver pellen zij en de eikels pikken zij stuk, voordat zij ze doorslikken. Naar het schijnt, houden zij niet veel van haver en gerst en gebruiken deze alleen in geval van nood, want men vindt zelden graankorrels in hun maag.

Zij klimmen bij de boomstammen op als de Spechten, klauteren ook bij verticale takken omhoog, maar gaan nooit, zooals de Boomklevers, met benedenwaarts gerichten kop naar onderen. De meeste Boomloopers zijn eenzaam levende en stille Vogels, die hun voedsel zoeken zonder dat zij sterk de aandacht trekken.

Op de wijze van de andere Zwerfvogels bewoont dit vogeltje gedurende den voortplantingstijd een zeer beperkt gebied; later zwerft het dikwijls in gezelschap van Meezen, Goudhaantjes, Boomklevers en Spechten rond, steeds echter maakt het slechts korte tochten. Evenals alle klimvogels is het voortdurend bezig en diensvolgens steeds in beweging.

Voor zoover wij thans weten, ontbreken de Boomklevers in Middel- en Zuid-Afrika en in Zuid-Amerika; bij voorkeur, doch niet uitsluitend, bewonen zij bosschen; zij klimmen bij de boomen op en neer of loopen langs de steilste rotswanden op en af.

Een eigenaardige karaktertrek van de Boomklevers is hun neiging tot gezelligheid; zij zoeken echter niet zoozeer het gezelschap van hunne soortgenooten als wel dat van andere Vogels, vooral verschillende soorten van Meezen, Boomkruipers en Goudhaantjes, waarbij zich soms een enkele Bonte Specht voegt, die gedurende geruimen tijd in goede gemeenschap met de overigen leeft.