Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 mei 2025
BOENDALE is het hier geenszins met zijn voorganger eens. In zijn Lekenspiegel sprak hij de overtuiging uit, dat de menschen tegenwoordig even goed zijn als vroeger. In zijn Teesteye neemt hij die stelling in het eerste hoofdstuk reeds weer op, gaat na hoe het komt dat wij het voorgeslacht zoo prijzen, betoogt de waarheid zijner stelling met voorbeelden uit het Oude en het Nieuwe Testament, en hangt daarna een zóó verlokkend tafereel op van de braafheid en vroomheid zijner tijdgenooten dat men een oogenblik aan ironie denkt; doch uit het gansche werk blijkt dat men den dichter ook hier moet houden aan zijn woord. Deze verheerlijking van zijn tijd komt in een eigenaardig licht te staan, indien men haar naast den proloog van het werk plaatst. BOENDALE heeft zijn Teesteye opgedragen aan een machtig en invloedrijk edelman, ROGIER VAN LEEFDALE, kanselier van Brabant en burggraaf van Brussel. Heer ROGIER was blijkbaar een MAECENAS voor BOENDALE. De dichter verzekert dat hij zijne dichtkunst wil stellen ten dienste en ter eere van zijn hoogen beschermer en diens gemalin AGNES VAN CLEVE. Hoog verheft hij beider lof, zelfs hunne namen deelen daarin: wie kan mooier namen bedenken dan: ROGIER EN ANGENEESE?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek