United States or Hungary ? Vote for the TOP Country of the Week !


Slaan, slaan, slaan, Het liedje, dat is gedaan. Dan worden pepernoten en andere versnaperingen gestrooid en de kinderen grabbelen; vgl. J. Bergsma, Driem. Bladen XII, bl. 117; Heuvel, Volksgeloof en Volksleven, bl. 113. l Maart treden veelal de knechten en meiden in dienst. Elders is de datum half Maart, weer elders de 1e Mei. De boer zelf haalt de nieuwe meid of knecht op den kistenwagen af.

En nu werd mij dan alles gewezen; de pepernoten en de appelen, de bonte-boonen-kransen en de rozenbottelskransen, de zeven krentenbroodspoppen en de eene suikerpop, die heel boven in den denneboom hing.

Ja, ze waren wel heel gelukkig, want in dat heele jaar had de koning nog geene enkele maal gedacht: "'t Is toch jammer, dat mijne koningin geene pepernoten bakken kan." En de koningin had nog niet één keer gezucht: "'t Spijt me toch, dat mijn koning niet op den doedelzak spelen kan."

Al dadelijk ontving de prinses hem zoo vriendelijk, dat hij op eens moed kreeg, om met zijne vraag voor den dag te komen. De prinses zou zich nog wel herinneren, hoe zijn heer en meester, de koning, eene poos geleden alle landen was afgereisd, om zich tot vrouw te zoeken eene prinses, die pepernoten naar zijn' smaak kon bakken. Ook, hoe hij overal vergeefs gezocht had.

Te-vergeefs bespaarde zy eenige duiten van haar schraal weekgeld om hem optevroolyken met de vroeger zoo welkome pepernoten ... helaas, Wouter's ziel was haar pepernoten ontwassen, en de ontdekking hiervan veroorzaakte Leentje bittere smart. Maar, beste jongen, wees dan toch verstandig, en laat je niet het hoofd op-hol brengen met zulke praatjes!

Ze moet zeker mooie handwerken kunnen maken, mooi kunnen teekenen of zingen, of vlug schaatsenrijden ...." "Houd maar op," riep de koning, "niets van dat al. Ze moet lekkere pepernoten kunnen bakken! Ik houd nergens zooveel van als van pepernoten. Maar juist, omdat er geen grooter lekkernij voor mij bestaat, ben ik er heel, heel kieschkeurig op.

Vervolgens kneedt men dit alles met het meel tot een goed deeg en vormt er een bal van, dien men in vingerdikke schijven snijdt; deze schijven rolt men wat uit, steekt er met een blikken vorm ronde plaatjes af en bakt ze met pepernoten.

Als de prinses niet van den doedelzak kon afstappen, zooals hij van de pepernoten was afgestapt, dan zou de eenige kans weer verkeken zijn. De koning dacht lang na: hij kon er eerst maar niet toe besluiten, de derde prinses te vragen.

De prinses zou wel graag de vrouw van den koning geworden zijn, en daarom vroeg ze met een verlegen stemmetje: "Mogen het geene amandelkoekjes zijn, die maak ik heel lekker, ronde en vierkante en hartjes, met veel boter." "'t Spijt mij ook, lieve prinses," zei de koning; "maar het moeten pepernoten zijn." De tweede prinses was niet zoo zacht en goedig als de eerste.

Toen de koning haar vroeg, of ze ook pepernoten bakken kon, gooide ze het hoofdje fier achterover, trok de roode lipjes op en zei verdrietig: "Wat ik U bidden mag, heer koning, kom mij toch niet met zulke dwaasheden aan. Wie heeft er toch ooit gehoord van eene prinses, die pepernoten kan bakken!"