United States or Bouvet Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Er lag een tapijt met kussens eromheen langs de wanden, waar wij onze zit- of liever ligplaatsen moesten vinden, en een witte kachel stond in den hoek. De zoon van den pope, die in München heeft gestudeerd, is tegenwoordig professor in de scheikunde, een zeer moderne mengeling dus van chemie en orthodoxie.

In de landen der strengste Mohammedaansche orthodoxie zou een vrouw, die zich ongesluierd op straat vertoonde, in de oogen harer geloofsgenooten exhibitie begaan, gelijk dit bij de Egyptische danseressen dan ook inderdaad het geval is, als zij bij haar optreden haar gezicht vertoonen.

Hoewel de orthodoxie niet zonder groote moeite en telkens herhaalden kamp het veld behield, overwon zij ten laatste toch al hare tegenstanders, de kettersche sekten; tegenwoordig zal geen Sonniet, tenzij hij geheel met zijn geloof gebroken hebbe, den goddelijken oorsprong en het onfeilbaar gezag van den Korân betwisten.

Was reeds voor Jean Gerson het dogmatische criterium niet meer het eenige, dat den doorslag gaf ter onderscheiding van ware en valsche vroomheid, des te eêr vallen voor óns de typen van godsdienstige aandoening niet meer samen volgens de lijnen van hun orthodoxie of ketterij, maar volgens hun psychologischen aard. Ook het volk van den tijd zelf zag de dogmatische lijnen niet.

Teunis Huiskamp zat heel conservatief in zijn gemoedelijke rechtzinnigheid en zijn Hervormde-kerk kerkisme vast; maar het was geen doode orthodoxie en geen verketterend kerkisme. Een alleen-zaligmakende leer of kerk had hij nooit gehad.

Hierdoor vond men in Axel oudtijds navolging van de Walchersche kleeding, van geloofsijver, van kerkelijke tucht, enz. en toen het aan de zijde der Staten gekomen was, ook afscheiding van het naburige Land-van-Hulst, dat meer Katholiek bleef. In het Land-van-Axel vindt men strenge orthodoxie, die zich scherp onderscheidt van het Katholieke element en ook in kleeding en gebruiken daarvan afwijkt.

Wij trekken de schouders op, wanneer wij zien, hoe in oudere stukken alle deugd van godsvruchtigheid komt, of wanneer een hoofdman uit de elfde eeuw ongevraagd een verklaring aflegt omtrent zijn geloof aan het leven hiernamaals, terwijl dat plotseling anders wordt, zoodra Bjørnson ca. 1876 tot de overtuiging komt, welke voor ons weinig nieuws bevat, dat het met de dogmatiek van het Christendom niet alles pluis is, waarop plotseling alle boosheid in de wereld aan de onverdraagzaamheid der orthodoxie wordt toegeschreven.

Maar zijn afkeer van de bekrompen, kleinzielige orthodoxie was zóó hartgrondig, dat hij de poëzie van het naïef geloovige alleen bij Roomschen vermocht te vinden.

De vraag naar RUYSBROECK'S orthodoxie moge belangrijk zijn geweest voor zijne tijdgenooten, voor de meesten onzer is zij van ondergeschikt belang. Gewichtiger is voor ons de vraag: hoe heeft hij zijn stelsel van mystiek uitgewerkt? Het is vooral in de uiteenzetting zijner practische mystiek, dat hij zich vertoont als den grootsten prozaschrijver dien wij in de middeleeuwen bezeten hebben.

Misschien was het beter, dat het politieke werk van de Zionisten afgescheiden bleef van het liefdadigheidswerk. Er is een deel van de orthodoxie, die van het Zionisme niets weten wil. En ook geen geld wil aannemen, dat door hun handen is gegaan. Anderzijds wordt beweerd, dat het voordeelig is, zich aan te sluiten bij de Zionisten. De toestanden zijn hier buitengewoon gecompliceerd.