United States or Mauritania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Pradier Fodéré. Le droit de la guerre et de la paix. Paris 1867. blz. 14. nota cfr. Lerminier. Introd. gener.

Faictes grand chère, laet droefheyt staen En laet ons roepen, tieren, rasen, Vive la guerre! de krijg gaet aen. 't Sa lustigh! 't sa, laet het glas omgaen. Ick moet nu pooien, want ick sal weer De boeren plagen, 't kan nu niet dragen, Of ick een daeldertje meer verteer."

Toenmaals had ik mij een beeld gevormd van la guerre, la vie de camp, maar ik zie dat het alles heel anders is: in een pelsjas, ongewasschen, met soldatenlaarzen aan, gaat men op hinderlaag en ligt men den geheelen nacht door in een hollen weg, met den eerste den beste, die voor dronkenschap bij de soldaten ingedeeld is en ieder oogenblik kan men van uit de boschjes doodgeschoten worden ik of die andere, dat is precies hetzelfde... Daar helpt geen dapperheid tegen, dat is afschuwelijk, c'est affreux, ça tue.

»Gij hebt wel gelijk," hernam de schilder, even het hoofd buigende als werd hij door eene pijnlijke gedachte getroffen; daarop Roestink vast en vragend in de oogen ziende, sprak hij: »En nu! wat zegt gij van den nom de guerre, dien ik gekozen heb?" »Wel! mij dunkt gij hebt goed gedaan met uw bijnaam, die rots der ergernis, moediglijk te accepteeren. Dus hebt gij geen nood er u meer aan te stooten.

Ook het bekende "Ainsi ot messire Jehan de Blois femme et guerre qui trop luy cousta," heeft welbeschouwd in het verband niet de pointe, die men erin voelt. Eén element mist Froissart: het rhetorische. Juist de rhetoriek was het die den tijdgenoot het gemis aan nieuwen inhoud in de literatuur vergoedde.

#Fockerna, Andreae.# Inl. tot de H. Rechtsgel. van H. de Groot, Arnhem 1895. #Franck.# Ad. Reformateurs et publiciste de l'Europe du XVIIe S. Paris 1884 blz. 253 en v. #Franck Ad.# De droit de la guerre et de la paix p. Grotius, Journ. d. Savants. 1867 blz. 428. #Fruin, R.# H. de Groot en Mar. v. Reigersbergh. Gids. N. S. d. 11. #Fruin, R.# Memorien v. H. de G. Maatschappij Ned. Letterk. 1866.

Als machine de guerre tegen haar zwager gebruikte tante Sophie de onregelmatigheid van zijn huwelijk, op vreemden bodem gesloten.

A la guerre, comme

Zooals Cedric de Sakser toen was, behoefde zijn eenvoudige Saksische taal niet door Fransche minnezangers opgesmukt te worden, als hij die in het oor eener schoone wilde fluisteren; en het veld van Northallerton, bij den slag van den Heiligen Standaard, kan getuigen, of het Saksische krijgsgeschreeuw niet even ver in de gelederen van het Schotsche leger gehoord werd, als de cri de guerre van de stoutmoedige Normandische edelen.

Een beoordeelaar van den tijd spreekt nochtans met lof over de weeke "intrigue amoureuse, dont les chapitres servent de point de repos entre les scènes de guerre et de carnage." Wij bemerken weinig van het innerlijk leven van de personages. Zij zijn hoofdzakelijk door hun uiterlijk van elkaar onderscheiden.