United States or Burundi ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het grootste deel is te vinden in de middelste streken der Nederlanden, in westelik en zuidelik Gelderland, in het Sticht van Utrecht, zuidelik Noord-Holland, Zuid-Holland en Noord-Brabant. Het allermeeste in getal treft men deze namen aan in de groote hollandsche steden, daar by te Utrecht, Arnhem, enz; vooral ook te Rotterdam.

Geertje dacht aan de postwisseltjes, die Grootvader uit Arnhem en van De Standaard placht te ontvangen, maar Tante lei-uit, dat je dat natuurlijk niet kon vergelijken. Hier uit Rotterdam viel zóóveel te melden! Eén man kon het onmogelijk af. Daar zat ook juist de moeilijkheid voor meneer Maandag. Er was zoo schrikkelijk veel konkerentie.

Rechtsgeleerdheid beschreven bij Hugo de Groot 1631 's Gravenh. Nieuwe uitgave door Mr. S.J. Fockema Andreae Arnhem 1895. Voorr. p. Corn. de Groot: libros nullos edidit, sed elaboratos quosdam commentarios ad diversas juris partes conscripsit. Julius a Beyma commentaria in jus civile parrata relinquit. Socius schreef commentaria in codicem. Ev.

Want, zoo als de dichter van den »Hollandschen Duinzang" zingt: Nog is jacht hier genoeglijk, en 't weidspel in eer, By wie rustig de leden wil reppen; en de vergaderde buit wordt natuurlijk in de keuken saamgebracht, thands nog zoo wel als in de dagen der Edelen van Arnhem, van Voorst, van Isendoorn, van Stepradt, en van Dornick, die slot en Heerlijkheid achtereenvolgend bezaten.

J. M. Benteijn, Ridder der Militaire W. O. 4e kl., Ontvanger der Registratie enz. te Leeuwarden. Mr. P. J. Teding van Berkhout, te Amsterdam. Bibliotheek der H.H. Officieren van het Instructie-Bataillon te Kampen. Bibliotheek der stad Leeuwarden. Bibliotheek der stad Arnhem. Bibliotheek der Officieren van het 5e Regiment Infanterie te Vlissingen. J. F. Blaauw, Predikant te Rotterdam.

Voortaan zou Bernard Gewin de deftigheid bewaren voor het groote publiek en doen alsof hij nooit den luchtigen Vlerk gekend had. Arnhem, Augustus 1902. W. F. C. van Laak. Kennismaking met de Hoofdpersonen. Ik ken vreemdelingen, die, van de Schiezijde Rotterdam binnenkomende, volstrekt niet verrukt waren over de entrée van den Oppert.

Hij had een premier gevonden, die niet te veel afschrikte, omdat hij zonder politiek verleden was. Hij voegde er voor Binnenlandsche Zaken den heer Rink, afgevaardigde van Arnhem, lid van het bestuur van de Liberale Unie, aan toe, wiens rol totnutoe weinig belangrijk in de Tweede Kamer was geweest en die naar alle waarschijnlijkheid in zijn nieuwe omgeving niet zou schitteren.

Toch bleef hy 's Hertogen dienst houden. Ten minste in den oorlog met Bisschop Henric van Beiëren, was hy met den Stadhouder van Meurs binnen Utrecht, en aan diens zijde, toen hy by de overrompeling van 1528 de stad ontweek; maar zy werden, te gelijk met den Hertooglijken Raad Wynand van Arnhem, »van het boerengespuys aen de Vecht bekend, en weder naer de stad gebraght," waar hun echter verder geen leed, dan dat der gevangenschap weêrvoer.

Boven in hun grijzige logeerkamer, sprak Jozef nog geen woord: hij scheen in gedachten. Zwijgend gaf hij haar den telegram over. Mathilde las 'm. O, God, zeî ze, wat zullen we nu doen? Niets, andwoordde hij, precies hetzelfde wat we anders gedaan zouden hebben. Laten we maar liever zoo gauw mogelijk afreizen. En niet meer in Arnhem stil blijven? Nee, natuurlijk niet, dadelijk naar huis gaan.

De Pruisen drongen tegelijkertijd Gelderland binnen en vermeesterden den 30sten November Arnhem, terwijl de Zeeuwen in hun opstand door de Engelschen ondersteund werden. Bij het einde van 1813 waren nog slechts enkele vestingen in de macht der Franschen.