Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juli 2025


In Duitschland, waar zij "Wintergoudhaantjes" worden genoemd, zijn zij evenals bij ons standvogels en zwerfvogels. Dikwijls komt het voor, dat één van deze vogeltjes gedurende het geheele jaar in een gebied van één of een half uur middellijn te vinden is.

Vele in 't noorden levende soorten zijn trekvogels; die, welke in de zuidelijke gewesten van den gematigden gordel en in de keerkringslanden broeden, zijn zonder uitzondering standvogels. Er zijn echter onder de Vinken ook Vogels, die gedurende den zomer in ijskoude streken nestelen en hun voedsel vinden; vele verlaten hun geboortegrond niet, hoe streng de winter er moge zijn.

Alle in het noorden levende soorten zijn trekvogels, de bewoners van zuidelijke gewesten zwerf- of standvogels.

Verreweg de meeste Nachtzwaluwvogels houden zich op in bosschen of zoeken deze althans op om uit te rusten; eenige soorten geven beslist de voorkeur aan steppen, andere zelfs aan woestijnen, woestijnachtige, met steenen bedekte hellingen en dergelijke oorden. Waarschijnlijk zijn alleen die soorten, welke in de wouden der keerkringslanden leven, standvogels.

De Bonte Kraai komt op deze wijze van September tot in het midden van October bij ons aan en is dan overal gemeen. In de duinen aast zij in menigte op de bessen van den kattendoorn. De exemplaren, die in Zuid-Europa en in de andere genoemde, warme of gematigde gewesten broeden, zijn daar standvogels.

Van de ongeveer 240 vogelsoorten, die tot onze fauna behooren, zijn dus sommigen standvogels, anderen zwerfvogels, weer anderen trekvogels; en deze laatsten verdeelt men in broedgasten, doortrekkers en wintergasten. De dwaalgasten rekenen wij niet tot onze fauna.

De Vogels, die het geheele jaar door een vaste verblijfplaats hebben, heeten "standvogels"; de overige "trekken" of "zwerven". Door het "trekken" duidt men verhuizingen aan, die ieder jaar op een bepaalden tijd en in een bepaalde richting plaats hebben.

Zij houden zich bij voorkeur in bosschen op; enkele bewonen steppen en toendras, andere berghellingen in de nabijheid van de sneeuwgrens, zonder zich veel te bekommeren om het gemis van struiken of boomen. Alle zonder uitzondering zijn standvogels; jaar uit jaar in blijven zij in dezelfde streek; hoogstens zwerven zij na den broedtijd op ongeregelde wijze rond.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek