Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Zoo spreekt men in die gewesten nog heden ten dage van eenen appelaar, voor appelboom; van eenen kerselaar, mispelaar, neutelaar, enz. voor kerseboom, mispelboom en noteboom. Ook deze eigenaardige boomnamen vinden wy onder de nederlandsche geslachtsnamen vertegenwoordigd. Deze namen zijn, zoo als de aard der zake medebrengt, hooftsakelik in de zuidelike Nederlanden inheemsch.
Ze zwaaiden hunne omsnoerde stafjes, toonden zich ten opzichte van denkbeeldige lammeren kinderlijk bezorgd, wisselden over een geluideloos joepje een onschuldigen zoen en vielen eindelijk in de zuchten van het bescheiden orkest, schoon nevens een onder de twijgen van den vaderlijken appelaar. Het zoutlooze van een dergelijk spektakel ontsnapte aan geen enkelen toeschouwer.
En het rozige schuim aan den appelaar ruischt Of de zee door zijn juichende takkenschaar bruist; En de zonne de zonne die danst op de wei ... Het is Mei, het is purperen Mei! O de zefir de zefir die zingt in het licht En de bij zingt de bloei-hagen door; Over stekel en naald, tusschen dorens en blad Zoekt zij zoemend het goudgele spoor.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek