United States or Saint Vincent and the Grenadines ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het was een plaats van publieke vermakelijkheid voor de armen; een herberg, waar zij niet behoefden te betalen; een gratis ontbijt, middagmaal, theeuurtje en avondeten gedurende het heele jaar; een paradijs van steen en kalk, waar alles spel was en geen werk.

Zij zongen toespelingen, niet te gewaagd in dezen tijd, en tusschen hen liep de stupidus-græcus, de clown, die er van alle de anderen kreeg van langs en de grootste vermakelijkheid was.

Een andere manier van "bal uitslaan", eveneens in de Dokkumer Wouden, was een vermakelijkheid, die uitging van een jong paar, dat op trouwen stond, ter wille van hun vrienden en vriendinnen, altijd op Sint Pietersdag; zie hierover Waling Dijkstra, Uit Friesland's Volksleven I, bl. 168. Waren wij niet in de gilde gegaan, Dan hoefden we Sint Pieter den bal niet te slaan.

De evenwijdige stokken beveiligden hen en hun paarden voor afvallen van de stellage; en de Keizer was er zoo mee in zijn schik, dat hij verscheiden dagen de vermakelijkheid opnieuw liet geven, en het hem eens zelfs behaagde erop te worden getild en zelf het bevel te voeren; en met groote moeite overreedde hij zelfs de Keizerin zich door mij in haar gesloten draagstoel binnen twee el van de stellage te laten houden, vanwaar zij een goed gezicht had op de heele uitvoering.

Toen ik naar Amerika ging, had ik van peanuts en cracker jack zelfs nooit gehoord. Thans kan ik mij geen plaats van openbare vermakelijkheid meer voor den geest roepen, in New-York niet alleen; maar in heel Amerika, of de herinnering aan dat goedje dringt zich met geweld aan mij op. Wáár de New-Yorker ook gaat, die heerlijkheden gaan mee.

Men verzekerde mij dat een jaar of twee voor mijn aankomst, Flimnap ontwijfelbaar zijn nek zou hebben gebroken als niet een van de keizerlijke kussens, dat toevallig op den grond lag, de kracht van zijn val had verzwakt. Er is nog een vermakelijkheid, die alleen vertoond wordt voor den Keizer en de Keizerin, en den eersten minister, bij bijzondere gelegenheden.

Het steenkoolgas is zwaarder dan waterstof, staat daarin dus bij de laatste achter, als hulpmiddel voor de luchtscheepvaart, maar toen er eenmaal in vele plaatsen gasfabrieken waren, gaven die een gemakkelijke gelegenheid, groote ballons te vullen en honderden opstijgingen, vooral die, welke het karakter van publieke vermakelijkheid hadden, werden door het vanwege de gasfabriek geleverde gas mogelijk gemaakt.

Wilt gij het bezichtigen, de welwillende en ijverige directeur zal het u wellicht vergunnen; hoewel uit den aard der zaak die vergunningen uitzonderingen moeten blijven op den algemeenen regel dat een gebouw aan krankenverpleging gewijd geen museum, nog minder eene publieke vermakelijkheid is.

Tom had zijn boezemvriend naast zich, die onder hetzelfde leed gebukt ging als zijn makker en, vol vreugde over de afleiding, oogenblikkelijk een warme belangstelling in deze vermakelijkheid aan den dag legde. Die boezemvriend was Joe Harper. De beide jongens waren de gansche week door verklaarde vrienden, maar 's Zaterdags meestal geslagen vijanden.

"Weet gij wat een kermis is, Hildebrand? Het is een allerakeligste mislukking van publieke vermakelijkheid; de parodie en de charge der feestvreugde; het ideaal eener opwinding over niets; het tegendeel van al wat welluidt, welstaat en welvoegt. Weet gij wat een kermis is, Hildebrand? Het is de bacchantendienst der nieuwere tijden, de vergoding der uitzinnigheid. Het is één enkel groot marionettenspel, waarin wij ons vervelen en onze kleeren vuil maken. Geloof mij: de apen uit indië, de kemelen van den ernstigen Arabier, die men er op rondleidt, staan verbaasd van onze Hollandsche razernij, waarbij zich gierigheid en armoede beide vergeten, het verstand ijlt, de zedigheid haar leven waagt, de koelbloedigheid kookt, en de dwaaste lach zich met de vernuftigste tronie verdraagt. Wij voor ons hebben altijd, voor zooveel ons mogelijk was, den besmetten dampkring der kermissen gemeden en geschuwd; wij hebben ons geld en ons gezond verstand altijd te lief en altijd te weinig van beiden te verteren gehad, dan dat wij het te grabbelen zouden gooien in dien poel van triviale genoegens. Wij hebben ons altijd verbeeld dat de zakkerollers, weinig anders bij ons vindende, onze waardigheid stelen zouden, en de horoscooptrekkers ons 'quant-