United States or Norfolk Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


V. a. behield Heracles den horen, totdat Ach. dien van Amalthea er voor in ruil gaf. Hij was de vader der Sirenen en van Dirce. Acheron, Acheron, rivier in Epirus, die voor een gedeelte onder den grond en dan volgens de meening der ouden rondom de onderwereld stroomt en over welke Charon de zielen der afgestorvenen voerde. Hij stroomt door de Acherusia palus.

Terwijl de Eigenlijke Zeekoe in plaats van tanden slechts een hoornachtige kauwplaat aan de binnenzijde van de onderkaak en aan het gehemelte bezat, hebben de overige Sirenen tanden in de kaken. Ondiepe oevers en zeeboezems in tropische gewesten, riviermonden en de rivieren zelf, vooral ondiepe plaatsen hierin, vormen de verblijfplaatsen der Sirenen.

De vrouwen ook zijn nog dezelfde bevallige sirenen, met haar zacht zangerig geluid, zorgeloos, gemaklievend, van den eenen dag op den anderen levend, zich louter aan vermaak en genot wijdende, met bloemen bekroond; en nog altijd verdient het eiland in zekeren naam van Nieuw-Kythere, door Bougainville aan Tahiti gegeven.

Ja! zóó was het; en half overluid, langzaam, droomerig, herhaalde zij de verzen, één voor één weder opdoemend uit den nevel, die ze bedekte: Zuilen die rijst op mijn graf en marmren Sirenen daarboven; Doodsurn, gij die bedekt wat van mijn assche nog rest, Brengt mijnen groet aan den wandlaar die hier aan deez' heuvel voorbijgaat, 't Zij hij Athener zich prijst, 't zij hij als vreemdeling naakt.

Vervolgens bleef de Albatros, na nog over eene uitgestrektheid van eene mijl door zijne vaart voortgedreven te zijn, onbeweeglijk zweven. Op een tweede gebaar van Robur bewogen de opstuwingsschroeven zich met zulk eene snelheid, dat men haar met die der sirenen, in de gehoorkundige proeven gebezigd, zoude hebben kunnen vergelijken.

Ik moet erkennen, dat die dieren met hun bevallige bewegingen en gladharige huid verwonderlijk zwommen; als zij op het strand lagen, namen zij allerlei bevallige houdingen aan; het is dus geen wonder, dat de ouden ze dichterlijk met tritons en sirenen vergeleken. Er waren er onder, die men, omdat zij een lengte van zes tot zeven meter bereikten, zeeolifanten noemt.

De naam Sirenen wekt de herinnering aan verleidelijke gestalten uit de sprookjes der oudheid, die half vrouw, half visch de kristalheldere golven van de zee bewonen en den armen menschenzoon door bekoorlijk gezang en nog aantrekkelijker gebaren, door bewegingen van het hoofd en gloeiende blikken der oogen uitnoodigen zich tot haar te begeven, met haar te spelen, te koozen en zich in zijn verderf te storten.

"Des avonds," verhaalt A. Von Humboldt, "kwamen wij den mond van den Caño del Manati voorbij, zoo genoemd wegens het verbazend groot aantal Lamantijnen of Manatis, die ieder jaar hier gevangen worden. In den Orinoko beneden de watervallen, in de Meta en in de Apoera zijn zij zeer veelvuldig." De levenswijze van den Lamantijn is ten naastenbij gelijk aan die van de andere Sirenen.

De Grieksche Sirenen hebben hare parallellen in de Noordelijke Lorelei die dezelfde gave van zingen bezat en ook zeelieden in den dood lokte; terwijl Prinses Ilse, die in een bron werd veranderd, ons herinnert aan de nimf Arethusa, die een dergelijke gedaanteverwisseling onderging. In de Noordelijke opvatting van Niflheim hebben wij een bijna nauwkeurigen tegenhanger van den Griekschen Hades.

"Het is een sirene!" zei Koenraad, een wezenlijke sirene, als mijnheer 't niet kwalijk neemt." "De naam van sirene bracht mij op den weg, en ik begreep, dat dit beest tot die orde van zeedieren behoorde, waarvan de fabel sirenen, half vrouw en half visch, gemaakt heeft."