United States or Niger ? Vote for the TOP Country of the Week !


Door zijn onstuimigheid wordt dit dier dikwijls in 't verderf gestort, in vaarwaters gevoerd, waar het niet meer uit kan komen, zoodat het op het strand het leven verliest. Herhaaldelijk is dit ook op de Nederlandsche kust geschied. Van Bemmelen vermeldt de volgende gevallen uit deze eeuw: "Eén op 31 Augustus 1811, in de zoogenaamde Goudzee, de Zuiderzee nabij Monnikendam, 36 voet. Een wijfje op 5 April 1826, nabij Wijk-aan-Zee, 40 voet. Een wijfje (de Vinvisch van Kessel) op 5 November 1827, tusschen Ostende en de Zeeuwsche kust, 90

Hier en daar lag een groepje te rusten aan den boord van den weg. Zij konnen niet verder meer van ochtend. Er waren er die kwamen van Lier, van Heijst-op-dea Berg, van Kessel... Er waren er die reeds acht volle dagen vluchtten en onder den blooten hemel hadden geslapen. Twee natiewagens van Antwerpen rolden nu traag voorbij met trossen van mannen, vrouwen en kinders.

En thans genoeg hierover: Mijn beste Stevyn! de Grootmeester der Artillerie Kessel, wacht ons aan de stallen: ik heb nu een twintigtal toomen laten maken volgens de teekening, die ik er laatst van ontworpen heb, en ik durf vast gaan, dat zij, wiskunstig gesproken, de gebitten niet meer prangen kunnen. Tot noen dan, Mijne Heeren! ik verwacht ulieden en wensch u inmiddels vaarwel."

Over Drummel naar de Maas gereden, staken onze reizigers die rivier over, en kwamen weldra te Kessel, alwaar Teun Wezer begreep zijn paarden eenige rust en voeder te mogen doen genieten; welke gelegenheid zoowel Joan als de Jood zich ten nutte maakten om in de herberg een sober ontbijt te gebruiken.

In 1623 zond de Landvoogdes Izabella heimelijk zekeren Priester, Michiel van Ophoven genaamd, Prior der Preekheeren te Antwerpen, tot Willem Adriaan van Hoorne, Heer van Kessel, destijds Gouverneur der stad, met belofte, dat, indien hy Heusden in hare handen leverde, zy hem den tytel van Graaf van Hoorne, de ridderorde van 't Gulden Vlies, en een aanzienlijke geldsom zou verstrekken, alsmede zijn kinderen tot hoogen rang verheffen.

"Gij ziet dus, Kessel!" zeide de Graaf, "dat onze leer op goede gronden steunt, en dat de keeren aan een stang noch meer noch minder tot de strakheid doen."

Verder rond Roermond, Sittard en Weert, nl. te Melik, Beegden, Asenray, Guttecoven, Limbricht, Buchten, Dieteren, Einighausen, Posterholt, Weert, Neeritter, Helden, Panningen, Heel, Obbicht, Papenhoven, Grevenbicht, Kessel: heelen, hieëlen. Somtijds is vrijwel alleen nog de naam overgebleven en verdwijnt het ceremoniëel in een kleurloos trakteeren.

"Zooals Uwe Excellentie het berekent, neen," antwoordde Kessel; "doch het zij mij vergund aan te merken, dat men elk in zijn ambacht gelooven moet, en dat alle pikeurs en stalmeesters van oordeel zijn, dat de keeren veel toebrengen tot de strak- of slapheid."

Kessel, dit voorstel gehoord hebbende, wees het met fierheid van de hand, zeggende, dat hy om al de schatten des Konings van Spanje geen verrader worden zoû; terwijl hy voorts den Prior aanzeide, dat hy zijn gevangen blijven moest. Werkelijk werd dan ook Ophoven naar den Hage gezonden, waar hy ruim anderhalf jaar op de voorpoort gevangen zat, en toen werd uitgewisseld.

De Ritmeester trad zijn tent weder uit en wandelde naar de straten achter de legerplaats, waar zich de paardenstallen bevonden. Het leed niet lang, of hij zag den Graaf met zijn jongen broeder Hendrik Frederik, den Generaal der artillerie Kessel en de beide Kwartiermeesters-Generaal Stevyn en Lieven Cys bij een fraai merriepaard staan, aan hetwelk zij onderscheidene gebitten pasten.