United States or Turks and Caicos Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ge komt zeker voor Jaokanann?" "En voor U! ik moet U iets gewichtigs mededeelen." En, zonder Antipas meer te verlaten, drong hij achter hem aan een duisterig vertrek binnen. Het licht viel door tralies, die, onder de kroonlijst, den geheelen lengtekant innamen. De muren waren beschilderd in granaat-tint, op zwart af.

Zestien uren daags in den vreemde door te brengen, buiten den kring van maatschappelijke plichten, die zijn leven in Petersburg innamen, was niet gemakkelijk.

Het kwam vaak voor, dat we vrouwen zagen, die haar kralen telden en in zichzelf mompelden: "Adam, Hava, Sjaitan, Adam, Hava, Sjaitan," ook wel in ons hospitaal, vóór ze de medicijn al of niet innamen. Of een patiënt werd door den dokter een operatie aangeraden, en hij ondervraagt zijn kralen, of hij des dokters raad zal volgen of niet.

Vinnig spot hij met de kunsten, zelfs door priesters en goed-geloovigen uitgehaald, en 't is niet te verwonderen dat zijn scherptreffende steken en prikken de geestelijkheid zijner dagen sterk tegen hem innamen.

Ondanks mijne uitputting en uiterste zwakte, trof mij toch het echt aartsvaderlijk tooneel, dat mij aan de bijbelsche verhalen herinnerde, toen met zonsondergang de kudden schapen van het weiland terugkeerden en haar blatende lammeren te gemoet ijlden; toen de geiten, de runderen, de kameelen achtereenvolgens hunne plaats innamen in afzonderlijke parken, die slechts door eenig kreupelhout waren omtuind.

En tegen dezen keerden zich ook de Roomschen, die evenzoo stelling innamen tegen hun voormalige bondgenooten, welke van hunne zijde zich van allen schijn ontdeden en zich meer en meer ontpopten als anticlericalen.

Het laboratorium van den jeugdigen ingenieur met zijne vreemdsoortige toestellen wekte verbazend hare belangstelling op. Zij wenschte vooral alles te weten wat op het wezen der diamanten betrekking had, op die kostbare steenen, die in de gesprekken en in den handel van het land eene zoo groote plaats innamen.

"Ja, ja, een Wilhelmusje, een Wilhelmusje!" antwoordde Joost Van de Werve, dien we wel eens uitscholden voor "Spanjool" omdat zijn grootvader, die ook Joost heette, Baljuw onzer stad en het land van Voorne was, toen de dappere Watergeuzen haar innamen.

Zij schenen gebrek te krijgen aan pijlen, want zij schoten er niet op los, doch enkel dan, wanneer zij zeker van hun schot waren. Eenigen van de koelbloedigsten raapten snel de pijlen der Utahs op, om die te gebruiken. De vijand was zoo talrijk, dat zij in verscheiden rijen achter elkander stonden en de geheele breedte van den canon innamen.

"Daar ga ik zeker heen," zeide Passepartout, die niets van het mormonisme af wist, dan dat de veelwijverij de grondslag van de mormoonsche sekte was. Het nieuws verspreidde zich oogenblikkelijk door den trein, die een honderdtal reizigers bevatte. Van dat getal waren er dertig hoogstens die, aangelokt door deze redevoering, ten elf ure de banken van den waggon no. 117 innamen.