United States or Palau ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dit was de zuivere waarheid, en wel de waarheid eens-voor-al, want de jongeheer Pompile dacht nooit diep na. Maar in het tegenwoordig geval zou z'n ligtzinnigheid als-i niet bekleed ware geweest met den rang van patroon onvergeeflyk zyn voorgekomen aan m'nheer Wilkens. De lezer zal dit beseffen zoodra hy weet dat de zeer belangryke zaak neerkwam op de vraag of men Wouter reeds nu zou inwyden in de geheimzinnige teekens waarmee de heeren Ouwetyd & Kopperlith de inkoopspryzen hunner goederen op de etiketten wisten uittedrukken. Er behoorde veel toe om deze teekens grif te verstaan. Meer nog om 't vertrouwen waard te zyn, dat men dit geheim ongeschonden bewaren zou, en volgens m'nheer Wilkens was Wouter nog lang zoo ver niet. Glansryk was de triumf van den oud-gediende tegen den onvoorzichtigen jongeheer Pompile die, zonder zyn raad, dat jonge-mensch zoo maar op-eens 't licht zou vertoond hebben dat den tabernakel van 't kantoor omluisterde. Maar de zegepraal van den kleingeestigen grysaard was niet volkomen, voor Wouter-zelf 't bewustzyn van z'n voorloopige uitsluiting terdeeg geslikt had. Want deze begreep niet wèlk woord en wèlke letters te heilig werden beschouwd voor z'n nuchter verstand, onbeproefde eer en geringe verdienste. Wilkens merkte de door hem opgeplakte stalen met nummers, en zette daaronder de diepzinnige hierogliefen, waarover hy 'n vraag wist uittelokken om aanleiding te hebben tot het verpletterend antwoord: D

't Is Mie uit de bakkery, zei 't huis op Portugal. Nou! Welke lezer verstaat dit "nou?" Nou! zei 'n tweede. Nou! herhaalde 't koor. Wouter begreep er niets van. En dit was te dommer van hem, omdat hy de gelaatstrekken zag, die dezen uitroep vergezelden. Kon hy 't helpen dat-i nog altyd de hiërogliefen van gemeenheid niet grif lezen kon, die al dat genou illustreerden?

Maar het Grieksch en Latijn is niet meer voor enkelen en de hiërogliefen zijn ontcijferd. Welke taal zullen wij nu voor de vergelijking kiezen? Men kan zelfs niet meer met voeg zeggen, dat is Sanskriet of Chineesch voor mij, want ook die talen zijn niet onbereikbaar. Hoogstens mag een gewoon mensch beweren, dat iets er voor hem uitziet als spijkerschrift.

Oudtijds heette het: "daar staat geschreven," maar de spreekwoorden nemen de zeden der tijden aan en na de uitvinding van de typographie beteekende het gedrukte hetzelfde gezag als vroeger het geschrevene. Zoo zeide men ook eens, om iets onbegrijpelijks uit te drukken, dat is Grieksch en Latijn voor mij, of als het erg liep, dat zijn hiërogliefen.